Komen de dwergsterns tijd tekort? i' massaal op het slik. Een jong koppel visdieven heeft al ontbeten en is op zoek gegaan naar nestruimte; ze zor gen voor commotie bij de wakende thuiswacht van hun kleinere familie leden. Een enkele dwergstern neemt de moeite om het opdringerige stel te verjagen. Een stoïcijns tussen de sterns nestelende scholekster haalt met een heftige beweging haar kop uit de veren. Ze strekt geïnteresseerd haar nek. De partner is zwijgend aan de rand van de schelpenbank geland en maakt weinig enthousiast aanstalten een dagdeel ouderzorg voor z'n rekening te nemen. Een koppeltje strandplevieren rent heen en weer om de gisteravond geboren kuikens nog voor het begin van het spitsuur uit de dwergsternmetropool weg te leiden. Om 04.59 hebben de scouts een vis- school ontdekt en stromen de ande ren van alle kanten toe. De vloed komt nu snel de geulen in en uit een deinende wolk duiken de sterns onophoudelijk naar vis. Ze hebben vandaag geluk; de visschool bevindt zich aan de plaatzijde van de geul en dat scheelt al gauw honderden meters vliegen. Met het succes neemt ook de opwinding toe. Een repe- teervuur van korte afgebeten hoge tonen klinkt over het water. Aan het vreetfestijn lijkt geen einde te komen. De vloed loopt over de rand van de plaat. Een groep subadulte schol eksters landt aan het einde van de schelpenbank. Het duurt een paar uur voor de rijke kokkelvelden weer onder het water vandaan komen. De dwergsterns kunnen hun geluk niet op en de lege magen worden snel gevuld. Maar ineens lijken ze zich hun eens aangegane ouderplichten weer te herinneren en maakt de zelfzuchtig heid plaats voor verantwoordelijk heidsbesef. Het geluidsrepertoire verandert van kort en repeterend in lang en golvend. In de vlucht wordt het water uit de veren geschud en laag over het natte strand racet er eentje opgewekt communicerend met de vangst stevig vastgeklemd naar de schelpenbank. maakt daar een korte draai en lijkt heel even te zoeken naar de juiste landings plaats. Het is 05.05 uur en bij nestje 44 wordt snel een kleine zandspie- ring aan een kuiken gevoerd. En hij is gelijk weer op weg naar de uitnodigend roepende en duikende soortgenoten. Na de kopgroep volgt het peloton. Het luchtverkeer tus sen het water en de schelpenbank neemt razendsnel toe. Om 05.14 uur draait het bedrijf op volle toeren. Bij alle nestjes met kuikens wordt volop vis aangeleverd. Bij nestje 15 worden er tussen 05.24 uur en 05. 45 uur vier kleine zandspieringen gevoerd. Bij nestje 12 worden tussen 05.52 uur en 05.58 uur twee kleine sprotjes en een zandspiering gevoerd. Het is halen en brengen en voor iets anders is geen tijd. De man netjes hebben haast en dat is nodig ook. Overal rondom m'n schuilhut zijn onophoudelijk de langdradige bedelgeluiden van de vrouwtjes te horen. Ze hebben nog steeds niets gegeten en de honger knaagt nu hinderlijk. En ze moeten nog langer volhouden. De kuikens blijven om eten vragen. De kokmeeuwen keren terug van het slik en braken de krop van wormen en aasgarnalen leeg bij de kuikens. De partner vliegt op. zoekt het vloedmerk af naar iets eetbaars en draait een rondje boven de schelpenbank. De strandplevieren kennen de schavuit, zijn waakzaam en rollen klapwiekend over de grond. De dwergsterns voor me houden de kuikens met militaire discipline onder de veren. Bij 61 is het oudste kuiken net gevoerd en loopt 50 cm uit het nest om te defaeceren. rent terug maar is te laat. Er breekt een heftig geschetter los en in de vlucht schrokt een kokmeeuw de buit naar binnen. Zij lette even niet op. Het is 06.01 uur. De schelpenbank gonst van leven. Om 6.04 uur landt het mannetje al weer met een sparte lende zandspiering. Het kuiken komt traag naar buiten, pakt het visje onhandig aan. laat het in het zand vallen, kijkt er met enige verbazing naar en uiteindelijk eet het man netje na de derde mislukte poging de met zandkorrels bepoederde vis dan maar zelf op. Hij staart even hele maal teleurgesteld naar de grond en loopt dan een metertje van het gezin weg. Hij gooit een paar keer macho achtig met een schelpje en pikt vervolgens ongeïnteresseerd in de rugveren. Dit is het moment van de aflossing. Het vrouwtje speert in een lijnrechte lage vlucht naar de water kant. Eindelijk, voor haar kan nu het vreetfestijn beginnen. Het man netje vertoont met een emotioneel gekwetter hernieuwde belangstelling voor de buren. De kuikens liggen voldaan, onbewaakt en roerloos met toegeknepen ogen in het zand. Ze is om 06.19 terug en dribbelt met nog natte, maar uitgezette buikveren zonder aarzelen naar de donsjongen en beloert meteen alert links en rechts het luchtruim. Het mannetje kijkt verveeld om zich heen. Deze dag is voor de meeste dwergsterns goed begonnen. Iedere 15 minuten krijgen de pullen een visje gevoerd en tussendoor wor den de vrouwtjes afgelost. In deze periode zorgen de moeders voor hun eigen kost. Tegen de avond leggen de ouders er nog een schepje op. Tussen 21.41 uur en 22.05 uur brengt het mannetje drie zandspieringen en een sprotje. Daarna volgt nog kort het gebruikelijke overleg met de buren en dan gaat de snavel in de veren en is het wachten op het ontwaken van een nieuwe werkdag. De schuilhut op de Hooge Platen. Chiel Jacobusse g Zandspiering Adri Karman Haring Adri Karman ZeeuwsLandschap 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2007 | | pagina 5