I René van Loo Hannie Joziasse Populierenpijlstaart Anton Baaiiens selplant van de wolfsmelkpijlstaart- rupsen, en het is jammer dat de plant zo weinig voorkomt in Zeeland. Langs de Franse kust waar plaatse lijk veel zeewolfsmelk groeit, zijn de rupsen soms makkelijker te vinden. De walstropijlstaart is sterk gebon den aan knikkend wilgenroosje, een plant die massaal kan voorkomen op kapvlakten in bossen. Dit zijn in het algemeen warme plekken waar de rupsen goed gedijen. Maar dergelijke omstandigheden zijn meestal tijde lijk waardoor de vlinders, als pio niers, op zoek moeten naar nieuwe kapvlakten. Uitzonderingen De glasvleugelpijlstaart en de kolibrievlinder zijn eigenlijk geen nachtvlinders, ze vliegen namelijk gewoon overdag of tot in de avond schemering. De kolibrievlinder is een fervente bloembezoeker en wordt veel gezien op vlinderstruik, ijzerhard, phlox en kamperfoelie. De kolibrievlinder behoort tot de trekvlinders en is voornamelijk afkomstig uit Zuid- Europa. De vlinders die in mei en juni in ons land zijn aangekomen, kunnen, afhankelijk van een warme zomer, in Nederland nog een generatie voort brengen die vaak het talrijkst is in september. Soms lukt het een enkele vlinder te overwinteren en worden er in maart of april alweer kolibrievlin- ders gezien. Rupsen Behalve het groot avondrood dra gen alle pijlstaartrupsen een stekel op de punt van het achterlijf. Aan deze karakteristieke pijl dankt de pijlstaartfamiiie haar Nederlandse naam. Pijlstaartrupsen zijn groot en vallen daardoor makkelijk op voor vogels. Daarom leggen de vlinders slechts enkele eitjes per keer op verschillen de planten. Een uitzondering daarop is de wolfsmelkpijlstaart, waarvan de rupsen in groepen leven. Ze zijn giftig en dat blijkt afdoende om vij anden af te weren. Pijlstaartrupsen 14 ZeeuwsLandschap

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2007 | | pagina 14