I Alles telt mee Het bijhouden van de ontwikkelin gen in flora en fauna gebeurt niet alleen door beroepspersoneel. Er zijn heel wat vrijwilligers die daaraan ook een belangrijke bijdrage leveren. Zonder hun inbreng zouden weinig bekende diergroepen als slakken, nachtvlinders en loopkevers nauwe lijks aan bod komen. En toch komt het ook voor dat voor die groepen specifieke beheersmaatregelen nodig zijn. Net zo goed als fraaie vogels of opvallende planten vormen ze onmisbare schakels in de levensge meenschap. De verzamelde gegevens worden opgeslagen en met behulp van geavanceerde computerprogram ma's verwerkt. Zo kunnen we met één druk op de knop in beeld brengen waar in het afgelopen jaar de gruttoterritoria in de Yerseke Moer of de parnassia 's in het Krammer Volkerak te vinden waren. Vergelijking van verschillende jaren levert soms verrassende resultaten op. Op de Slikken van de Heen is duidelijk de ontzilting van de lage oevers te zien aan het verdwijnen van zoutpianten en het verschijnen van soorten van natte duinvalleien. Dat is in de lijn der verwachtingen dus daar kijkt niemand van op. Tegelijkertijd zien we echter dat in de vroegere getijdenkreken de zoutvegetaties opbloeien voor de nalevering van zout uit de langzaam ontziltende bodem. Natuurlijk kunnen de inzichten in het belang van bepaalde soorten ver anderen. Het is echter om twee rede nen van belang om niet te snel te stoppen. Naast de vergissingen die zo makkelijk optreden geldt boven dien dat telreeksen waardevoller en veelzeggender worden, naarmate ze een langer tijdsbestek beslaan. Dhr. M. Jacobusse is hoofd ecologie en kwaliteitszorg bij Stichting Het Zeeuwse Landschap. Chiel Jacobusse Nagelkruid is een algemene soort, maqir geeft een goede indicatie van de riiping van de bosbodem. 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2007 | | pagina 9