als broedvogel tijdens de inventa risatie. De nieuwe inrichting blijkt dus van meet af aan succesvol als het om broedvogels gaat! Duinstruwelen In de Verdronken Zwarte Polder is de ontwikkeling van het gebied al veel verder. Zo is er op de doorge broken dijk een goed ontwikkelde duinenrij ontstaan. Deze duinenrij is in de loop der tijd stevig vastgelegd door duinstruweel. In deze struwe len komen met name zangvogels tot broeden. Zo werden er dit jaar verschillende paren grasmussen en braamsluipers waargenomen, beide behorende tot de groep 'gras- musachtigen'. Op het eerste gezicht lijken deze soorten op elkaar, maar zoals de verzamelnaam 'zangvo gels' al doet vermoeden, is het onderscheiden op uiterlijk niet de gemakkelijkste manier. Ze zingen 's morgens vroeg uit volle borst, om hun territorium af te bakenen en gelukkig maar, want de grasmus- achtigen zitten het liefst veilig in het midden van een struik en Iaat zich dus niet zo gemakkelijk zien. Naast de hiervoor genoemde soorten wer den er ook verschillende spotvogels vastgesteld. De spotvogel is een vogel die zijn naam eer aan doet: hij maakt geluiden die lijken op die van andere soorten of imitaties zijn van omgevingsgeluiden, zoals het knerpen van een staldeur of zelfs het klepperen van een brievenbus. Soms is het even afwachten... 'wat hoor ik toch?', maar dan opeens klinken er tussendoor die typische, zich snel herhalende geluiden die onmisken baar wijzen op een spotvogel. Na een reeks van geluiden is het plots weer stil. Tijdens die stilte luistert hij of er geen andere spotvogel in zijn territorium zingt. Van alle prachtige zangkoren over treft geen van alle de operette van de welbekende nachtegaal. Ook deze Chiel Jacobusse herhaalt geluiden, maar luider dan de spotvogel en op een glasheldere manier. Het is een soort die vooral zeer vroeg en zeer laat op de dag zingt. Tijdens zachte, vochtige zomernachten zingt hij soms de hele nacht door. Er hebben in de Verdronken Zwarte Polder nog veel meer soorten gebroed zoals fitis, heggenmus en winterkoning. Dit zijn ook echte zangvogels, met indrukwekkende melodieën. Minder melodieus is de sprinkhaanzanger, een typische soort van duinstruwelen, maar gek genoeg ook van rietvelden. Hij doet zijn naam eer aan, door het produ ceren van lange ratelgeluiden, die lijken op die van een sprinkhaan. Naast al het vogelgezang leverden tochten in de vroege ochtend ook steeds weer andere verrassingen op. Zo was er een vossenburcht, waar voor de ingang de jongen argeloos in de ochtendschemering liepen te spelen. Een onvergetelijk tafereeltje datje niet snel een tweede keer zult meemaken. Een buitendijkse vos senburcht is bepaald niet alledaags. Kortom, de beide Zwarte Polders vormen samen een natuurgebied vol verrassingen. Wannes Castelijns en Erik Speksnijder zijn medewerkers van de afdeling ecologie en beheer van Stichting Het Zeeuwse Landschap Het inventariseren van broedvogels gebeurt via een standaardmethode. Dit houdt in dat de meest inventari saties starten in april en eindigen, afhankelijk van het gebied, in het late voorjaar of de vroege zomer. Om een goed beeld te krijgen van de vogels in een gebied, worden per gebied minimaal 5 inventarisatie rondes gemaakt. Tijdens deze rondes worden alle aangetroffen vogels ingetekend op kaartjes. Bij de inge tekende vogels wordt tevens, door middel van een afgesproken marke ring, aangegeven of het een paartje, een nestwaarneming, of bijvoorbeeld territoriumgedrag betreft. Het is belangrijk dat een waargenomen vogel op de juiste plaats wordt inge tekend. omdat dan later, na meer dere rondes, bepaald kan worden of het om dezelfde vogel gaat. Na alle inventarisatierondes worden van iedere vogelsoort aparte kaartjes gemaakt, waarop alk waarnemin gen van die soort komen te staan. Van ieder vogelsoort is vastgelegd hoeveel waarnemingen je gedaan moet hebben, binnen een vastgestel de periode en binnen een bepaalde afstand van elkaar, om te mogen spreken van een territorium. Uiteindelijk resulteren alle losse kaartjes tot soortenkaartjes. waarop de verschillende territoria zijn inge tekend. -«s» Bontbekplevier ZeeuwsLondschap 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2007 | | pagina 19