Een symposium over
akkernatuur
Cal Ie
Op vrijdag 28 maart vond op het kantoor van Het Zeeuwse Landschap in Wilhelminadorp een
akkersymposium plaats. Ondanks het door de overheid gesubsidieerde agrarische natuurbeheer
heeft de natuur op de Zeeuwse akkers het zwaar te verduren. Met het oog op het behoud van
natuur- en landschapswaarden hebben de boeren met forse financiële ondersteuning van de over
heid de randen van hun akkers ingezaaid met bloemriike zaadmengsels. Dat leverde voor het pas
serende publiek mooie plaatjes op, maar de natuurwinst bleek beperkt. Op verschillende manieren
wordt geprobeerd om de natuurwinst op te krikken, maar tot nu toe met relatief weinig resultaat.
mimi? iLmrarrsm (9fof!ïEj
Rond tien uur begint het zaaltje
met meer dan zestig bezoekers
vol te lopen, onder wie mensen
van terreinbeherende organisaties
zoals van Natuurmonumenten,
Staatsbosbeheer, Landschapsbeheer
Zeeland, Zeeuwse Landbouw en
Tuinbouw Organisatie (ZLTO) en
vertegenwoordigers van diverse
Provincies.
Is er nog wel toekomst voor de
akkernatuur in Zeeland? Dat is
het thema waarop een zestal gast
sprekers, ieder vanuit zijn eigen
invalshoek, in gaat.
Bedreigde akkerplanten
Plantenspecialist Marcel
Bolten. voorheen werkzaam bij
Staatsbosbeheer, bijt de spits af.
Er zijn 86 bedreigde akkerplanten
in Nederland, waarvan er veel ook
voorkomen in Zeeland. Bijvoorbeeld
stoppelbekjes, kleine wolfsmelk en
korensla. Veel akkerplanten hebben
gemeen dat ze relatief grote zaden
hebben en een korte kiemkracht.
Een sterk verbeterde zaaizaad-
schoning en vroegere zaaidata van
de gewassen, heeft de zeldzamere
akkerkruiden hun verspreidings
mogelijkheden ontnomen.
Insecten
De Zeeuwse onderzoeker Kees
de Kraker gaat in op de rol van
de akkerranden voor insecten.
Zweefvliegen en loopkevers gedijen
goed in akkerranden. Ze helpen de
luizen en slakkenpopulaties op de
akkers onder controle te houden.
Ook hommels en vlinders weten
de randen te vinden. Toch is het
voortschrijdende proces van schaal
vergroting in de Zeeuwse landbouw
voor insecten negatief uitgepakt.
Zelfs akkerreservaten hebben,
volgens de spreker, voor insecten
nauwelijks betekenis.
Hamsters
De derde spreker. Maurice La
Haye, is als onderzoeker verbonden
aan Alterra en de Universiteit van
Nijmegen. Hij belicht het akker-
randenbeheer in Zuid-Limburg en
de gevolgen voor hamstersoorten.
Voldoende dekking bieden is het
sleutelwoord. Het niet, of heel laat
oogsten van graan heeft de beste
resultaten opgeleverd. Bemesting
en aansluiten bij modern hoogpro-
ductief beheer blijkt voor hamsters
een goed beleid. Hamsters zijn
immers zaadeters en kunnen in het
najaar en in de winter profiteren
van de oogstresten die op het land
blijven liggen. Met de stand van
de hamsters in Zuid-Limburg gaat
het intussen een stuk beter.
Akkerplanten
Rense Haverman, plantenspecialist
en onderzoeker bij Alterra, schetst
een sombere toekomst voor de
akkerflora. Natuurbeheerders zijn te
snel tevreden met de ontwikkeling
van triviale soorten als klaproos
en kamille. De Subsidieregeling
Agrarisch Natuurbeheer (SAN)
ondersteunt het inzaaien van akker
randen, maar dat levert voor de
akkerplanten niets positiefs op. Ook
is deze spreker niet tevreden over
het resultaat van de biologische teelt
van akkerkruiden. Tussen de regels
door uit Haverman scherpe kritiek
op het Ministerie van Landbouw.
Natuurbeheer en Voedselkwaliteit.
Zijns inziens is er van het Bescher
mingsplan Akkerplanten weinig
terecht gekomen. Gebrek aan coör
dinatie en aan geld zouden hier de
oorzaken van zijn. Haverman komt
tot de sombere slotsom, dat de
situatie in de landbouwgebieden op
dit moment verder verslechtert en
er buiten de reservaten nauwelijks