Cultuurhistorie
langs de dijk
KIcmMïuDQDQgXa
Weinig structuren ziin zó kenmerkend voor het Zeeuwse landschap als diiken. Zij
getuigen van de inpolderingsgeschiedenis van Zeeland en de verdediging tegen het water.
In die zin is elke dijk een Zeeuws cultuurmonument. Veel diiken zijn overigens in de loop
van de tijd omwille van de veiligheid aangepast en veranderd. Dat geldt zeker voor de
primaire waterkeringen, de zeedijken. Geen enkel stukje ervan is nog volledig authentiek.
Dijkbekledingen
De zeedijken zijn in de loop van
de tijd telkens opnieuw versterkt
en gewijzigd door toepassing van
nieuwe materialen en technieken.
Van de oorspronkelijke dijk is soms
alleen nog een onzichtbare verbor
gen kleikern in het hart van het
dijklichaam over. Wel zichtbare his
torische sporen zijn de restanten van
steenbekledingen die tegenwoordig
niet meer worden toegepast. Het
gaat dan niet om heel oude relicten,
maar toch laten ze iets zien van de
dynamische geschiedenis van de
dijkenbouw. Fraai zijn bijvoorbeeld
de stukjes die nog bekleed zijn met
natuursteen.
De moderne dijkbekleding bestaat
veelal uit betonblokken ingegoten
met asfalt, maar voor de Tweede
Wereldoorlog werd ondermeer
Vilvoordse steen gebruikt, een kalk
steensoort die werd gewonnen in
groeven nabij Vilvoorde in België.
De stenen waren ongelijk van vorm.
waardoor ze als dijkbekleding een
levendig beeld opleverden. Maar
door hun relatief geringe gewicht
sloegen ze bij storm vaak los. Niet
erg veilig dus en daarom niet meer
in gebruik. Jammer genoeg wor
den ook de wél stabiele, loodzware
basalten "zuiltjes" steeds minder
toegepast. In dit geval omdat dit
type natuursteen weinig meer
gewonnen wordt.
Op de dijk en in het slik
Andere elementen uit het verleden
zijn de Muraltmuurtjes die hier en
daar nog bewaard zijn gebleven. Dit
zijn muurtjes van aaneengeschakel
de betonnen elementen die als goed
kope en gemakkelijk aan te brengen
dijkverhogingen werden toegepast.
Ze zijn vernoemd naar jonkheer De
Muralt, die tussen 1903 en 1913
hoofd van de Technische Dienst
van het Waterschap Schouwen was.
Tussen 1906 en 1935 werd zo'n 120
kilometer dijk in Zeeland van dit
systeem voorzien. Na 1953 zijn de
meeste muurtjes opgeruimd. Een
curieuze plek waar nog restanten
van een Muraltmuur zichtbaar zijn,
is het slik tussen Kattendijke en
het Goese Sas. Hier vond in 1943
een dijkval plaats die leidde tot
overstroming van de achterliggende
Wilhelminapolder. Een deel van de
polder is nooit meer teruggewonnen.
De restanten van de Muraltmuur
die ooit op de kruin van de dijk
stond, liggen nu als losse elementen
op het slik. Maar langs de dijk is
nog veel meer te beleven aan zicht
bare geschiedenis dan het dijkli
chaam zelf biedt. Langs de dijk
werd gewerkt! De oesterputten bij
Yerseke, en de restanten daarvan
bij Yerseke en Wemeldinge zijn de
zichtbare bewijzen (N.B. op Google
Earth zijn vooral de verdronken
putten bij Yerseke mooi zichtbaar).
Haventjes
In het nog niet zo verre verleden
dat de Zeeuwse eilanden nog niet
verbonden waren door dammen,
bruggen en wegen, was transport
over water dé manier om naar de
overkant te komen. Het is dan
ook geen wonder dat op heel wat
plekken langs de Zeeuwse kustlijn
in onbruik geraakte haventjes te
vinden zijn. Ooit was het er een
komen en gaan van mensen en
goederen, nu zijn het vaak wat ver
geten plekjes die je haast alleen bij
toeval vindt. Een aardig voorbeeld
is het oude haventje van Kats,
gelegen ten zuiden van het dorp
ZeeuwsLandschap