f.,r Foto Chiel Jacobusse. De tapuit, een broedvogel in Oranjezon. Broedvogels in Oranjezon Zoals ieder broedseizoen worden er ook dit jaar weer broedvogelsin- ventarisaties uitgevoerd in verschil lende gebieden van Het Zeeuwse Landschap. Eén van de gebieden die dit jaar geïnventariseerd wordt is het duingebied Oranjezon op de kop van Walcheren. Een natuurgebied waar je tijdens het inventariseren het gevoel hebt één te zijn met de natuur. Het enige watje hoort is een orkest van zingende vogels, die druk bezig zijn hun territorium af te bakenen. leder duin datje over klimt, geeft weer een andere belevenis. In de ene duinpan staan wat bomen en zingen prachtige zangers zoals zwartkop pen. merels en winterkoningen. De andere biedt meer afwisseling met een oude meidoorn en een aftakelen de boom en huisvest een gekraagde roodstaart. Van deze broedvogel zijn zeker 10 zangposten in Oranjezon genoteerd. Vanuit de bosschages hoor je de slis sende ratel van de sprinkhaanzanger, een zenuwachtige roodborsttapuit, het gebrabbel van grasmussen en tuinfluiters, of het bescheiden toontje van de goudvink. Terwijl het dennen bos weer totaal andere soorten bevat zoals goudhaan en kruisbek. De eerste is minder talrijk dan in andere inventarisatiejaren, maar de tweede doet het dit jaar erg goed. Het open duin midden in het gebied is geschikt voor graspiepers, boom piepers en boomleeuweriken. Die laatste is erg bijzonder. We zijn er dan ook zeer blij met de ongeveer tien paar die in Oranjezon broeden. Maar Oranjezon biedt nog meer bijzondere soorten. Zo biedt ze plaats aan ongeveer zes territoria houtsnip, vijf territoria zomertortel en twee ter ritoria havik. Of er dit jaar ook nog een tapuit of nachtzwaluw wil gaan broeden is nog even afwachten. Wannes Castelijns Foto Jan Vink. De inscriptie over de walvis in een raam van Floeve van der Meulen. Walvisch gestrand Al voor de aankoop van de Hoeve van der Meulen was bekend dat in één van de ruiten van de boerderij een bijzondere inscriptie over een walvis aanwezig zou zijn. Tijdens de restauratie van de boerderij werd deze gevonden. In een klein ruitje is met een sierlijk krullend handschrift in het glas gekerfd: 'De groote Walvisch alf Mei 1869 te Borsele Noorden Nol Jan. A. de Jonge'. Hoeve van der Meulen was tussen maart 1834 en augustus 1869 in eigendom van Jacoba Janse de Jonge en Adriaan Hubregtse de Jonge. Het is zeer waar schijnlijk hun oudste zoon. Jan, die de inscriptie in het glas gekrast heeft. Het stranden van walvissen was ook vroeger een niet alledaags verschijn sel. De meeste strandingen zijn zodoende vastgelegd in de literatuur. Zo ook deze. Het blijkt een Gewone vinvis (Balaena physalis) van 17,5 meter lang geweest te zijn. Zowel in artikelen als in oude krantenberichten wordt uitvoerig melding gedaan van deze stranding. De walvis is verkocht en ontleed, hetgeen in brede zin van het woord niet onopgemerkt is geble ven: 'Onze walvisch is thans gesloopt en heeft men daarvan 17 vaten spek of traan gewonnen, behalve eenige honderden baleinen enz.' (Zierikzeesch Nieuwsbode. 09-06-1869) 'Het vervoer van Terneuzen naar Leuven gebeurde per spoor en dit liet langs die ganse vervoerweg een opvallende geur na. zie men weken naderhand nog kon waarnemen (Van Beneden. 1881). Het skelet is gebruikt voor onderzoek en naderhand tentoongesteld in de Zoo van Antwerpen. Nanda van den Berg 1 A S3 y.,7,iri. l. h 'M' 'Üp J' ZeeuwsLandschap 25

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2009 | | pagina 25