zo goed als verdwenen. De oorzaak daarvan ligt deels in het overwin- teringgebied, maar in Nederland is het de verdroging van rietvelden die de soort de das om doet. De grote karekiet is aangewezen op vitaal riet dat met de voeten in het water staat. Brakke rietvelden worden vanouds nauwelijks gebruikt omdat het riet daar niet vitaal genoeg is. Maar in veel zoete rietvelden speelt verdroging door verlanding, of door verlaging van de waterstand een negatieve rol. Daarnaast zorgt de aanwezigheid van meer stikstof en andere plantenvoedingsstoffen in het regenwater voor dichter maar min der vitaal riet. Verdroging van rietvelden speelt ook in het Zeeuwse. Het probleem bij ons is echter niet dat het riet minder vitaal wordt, maar dat de rietvelden beter toegankelijk worden voor pre- datoren van de broedvogels. Vooral de vos profiteert daarvan. Daardoor worden veel nesten van grauwe ganzen, maar ook van bruine kie kendieven en andere grote rietvogels geplunderd. Dat is enerzijds een punt van zorg, anderzijds draagt het bij aan herstel van het natuurlijk evenwicht, zoals bij de grauwe gans, kwalificaties- een nieuwe status als internationaal belangrijk broedgebied voor moerasvogels. Verdroging Maar er zijn ook soorten die zware tijden meemaken. De grote karekiet bijvoorbeeld, is één van de weinige moerasvogels die in Nederland sterk in de min zit. Uit Zeeland is de soort paren waterral, porseleinhoen, baard mannetje, blauwborst, graszanger en grauwe gans was in 2003 net zo hoog of hoger dan in 1991 in de hele provin cie Zeeland. En alsof dat nog niet mooi genoeg is, geven steekproefsgewijze tellingen in 2010 aan dat de stand van blauwborst en baardmannetje sinds 2003 opnieuw is verdubbeld! Daarmee krijgt Saeftinghe -naast alle bestaande a Baardmannetje. (C. Jacobusse) Velduil. (C. Jacobusse) 6 Zeeuws Landschap

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2010 | | pagina 6