kaveling aangepakt. Met grote
gevolgen voor het landschap, stelt
Beenhakker. 'De vooroorlogse
ruilverkaveling bij Eede, waarbij
het prachtige heggenlandschap
van het Meetjesland werd opge
ruimd. was vergeleken met de
herverkaveling Walcheren maar
kinderspel. Walcheren was de
Tuin van Zeeland. De herverkave
ling veranderde de plattegrond
van het landschap enorm. Als je
het puur vanuit het landschap
bekijkt, niet ten goede. Veel heg
gen. veel smalle kronkelweggetjes
en veel doorlopende zoekweggetjes
verdwenen. Landbouwbedrijven
werden vergroot, wegen langs
nieuwe tracés aangelegd. Een
volkomen ander land. Het intieme
was eruit. Gelukkig was er bij de
bestuurders de wil om de schoon
heid van Walcheren te herstellen,
ze wilden er weer wat moois van
maken. Zo was er aandacht voor
de structuur van de beplanting. De
krekengebieden werden beplant aan
de hand van een landschapsplan.
In plaats van heggen langs de per
celen, kwam er beplanting langs de
wegen. Je kreeg weer iets van het
intieme terug. Ook is men zo ver
standig geweest om, net als vroeger,
de lage delen van het eiland niet te
beplanten.'
Zuinigheid - herinrichting van het
landschap mocht niet te veel grond
kosten - leidde ertoe dat de kre
kengebieden kleiner en de bermen
van de wegen smaller werden dan
gepland. Dat bevorderde de goede
groei van de beplanting niet. De
provincie haalde een streep door het
plan om langs de doorgaande pro
vinciale wegen iepen te planten, met
als excuus de verkeersveiligheid.
De ramp van 1953
De Februariramp 1953 veroorzaakte
elders in de provincie een her-
haaleffect. Omdat de meeste dijk
doorbraken snel werden gedicht,
ontstonden er geen kreken. Behalve
op de drie moeilijke sluitgaten
bij Kruiningen, Serooskerke en
Ouwerkerk. Beenhakker: 'Dat zijn
de enige plekken waar duidelijke lit
tekens zijn gebleven. De landschap
pelijke schade viel in feite mee. De
vraag is ook of je wel van schade
moet spreken. Wat zijn de mooie
landschapselementen in Zeeland?
De kreken. We kregen er een aantal
mooie kreken bij, net als trouwens
na de inundatie op Walcheren.'
Wel een enorm nadeel noemt
Beenhakker het kwijtraken van het
hele bomenbestand. 'En de natuur,
waaronder de vogels, heeft er zeker
onder te lijden gehad. De oude
structuur van het land was in de
meeste overstroomde gebieden, net
als op Walcheren, helemaal kapot.
Rond Wolphaartsdijk en op Noord-
Beveland was de schade minder
groot.'
Weer herverkavelen
Het antwoord was andermaal
herverkaveling. Met waarschijn
lijk de kortste wet uit de vader
landse geschiedenis. In slechts
één artikel werd bepaald dat in de
overstroomde gebieden een herver
kaveling moest worden uitgevoerd.
Die heeft op Schouwen-Duiveland
nóg meer teweeg gebracht dan op
Walcheren, meent Beenhakker. 'Er
verdween veel van wat nog te red
den was geweest, bijvoorbeeld de
hele structuur in de Prunje. Kleine
dorpen en gehuchten werden niet
herbouwd, zoals Duivendijke,
Eikerzee, Nieuwerkerke Schutje,
Capelle en Moriaanshoofd. De her
verkaveling heeft meer schade aan
het landschap toegebracht dan de
ramp zelf.'
Beenhakker merkt op dat op Tholen
met de herverkaveling grotendeels
hetzelfde gebeurde. 'Eén uit
gangspunt was anders. Bijna alle
binnendijken zijn daar behouden.
Dat is een essentieel verschil met
Schouwen-Duiveland. Het kwam
mede door de sfeer in de herver
kavelingscommissie en op Tholen
bestonden die kleine dorpjes niet.'
Een direct gevolg van de
Februariramp was de uitvoering
van het Deltaplan. Beenhakker
wijst erop dat de impact daarvan op
het Zeeuwse landschap veel groter
is dan van de oorlogsinundatie 1944
en de watersnood 1953. 'Dat was
een revolutie, een erg radicaal plan.
Het heeft voor eeuwen de kaart van
Zeeland opnieuw bepaald.'
R. Antonisse is journalist en lid van
de redactie van Zeeuws Landschap
a Den Inkel, de beboste weel
oostelijk van Kruiningen,
is een overblijfsel van de
watersnoodramp van 1953.
(C. Jacobusse)
Een voorbeeld van een
typische weel is de
Brilletjesweel nabij Nisse.
Het is een litteken van een
oude dijkdoorbraak.
(C. Jacobusse)
Zeeuws Landschap