Achter de aantallen Wasplaten in de Moer Veel paddenstoelen hebben niet de klassieke vorm van een hoed met een steel. De zonnegloedknots- zwam en ...het gesteeld mosoortje bijvoorbeeld zien er heel anders uit. (c. jacobusse) Paddenstoelen zoeken is pioniers werk. Tijdens de uitvoering van dit project stuitten we diverse keren op soorten die nog niet beschreven waren. Nieuw voor de wetenschap dus. Verder troffen we enkele tiental len soorten aan die nog niet eerder in Nederland waargenomen waren en meer dan 100 soorten die voor het eerst werden aangetroffen in Zeeland. Al met al zijn gedurende de afgelopen vijfjaar ruim 1500 verschillende soorten paddenstoelen in Zeeland waargenomen. Het duin gebied Oranjezon en de waterlei- dingbossen bij Sint Jansteen bleken het meest soortenrijk, met beide zo n 500 verschillende soorten. zeer intensief met paddenstoelen heeft bezig gehouden. Het betreft André de Meijer die jarenlang bezig was met uitgebreide inven tarisaties in Zeeuws-Vlaanderen. Daarna(ast) moet ook het werk van de Goesenaar, wijlen Wim Kuys genoemd worden. Zij brachten de Zeeuwse eilanden stuk voor stuk in kaart in lijvige rapporten waarin de resultaten van honderden excursies werden weergegeven. Overigens is het aantal soorten niet de enige maatstaf om de 'myco- logische waarde' van een terrein aan af te meten. Het is minstens zo belangrijk wélke soorten het betreft. Een goed handvat biedt in dat opzicht de rode lijst. Bijna de helft van de Nederlandse paddenstoelen staat daarop, wat inhoudt dat ze in hun voortbestaan worden bedreigd en/of dat Nederland voor deze soorten een grote verantwoordelijk heid heeft omdat ze hier relatief veel voorkomen. Dat is van direct belang voor keuzes in het beheer. Zo bleek in de waterleidingbossen van Sint Jansteen een groot aantal rode lijstsoorten voor te komen, dat gebonden is aan dennen en sparren. Voor veel natuurbeheerders is het een automatisme om bossen waarin naaldbomen groeien zo snel moge lijk om te vormen naar pure loofbos sen. Dit omdat naaldbomen van uit heemse oorsprong zijn. De aan deze bomen verbonden paddenstoelen, insecten en andere organismen zijn echter wel degelijk op eigen kracht hier gekomen, en dus inheems. Reden genoeg om de naaldbomen met een andere blik te bekijken. Een paddenstoeleninventarisatie kan je dus een heel andere blik op de natuurwaarde van je eigen beheer- gebied verschaffen. Paddenstoelen geven bijzonder veel informatie over de plek waar ze groeien. Daarom zijn het prima graadmeters voor de resultaten van het beheer. Een mooi voorbeeld daarvan is te vinden in de Yerseke Moer. In de graslanden daar groeien zogenaamde wasplaten. Zij vormen de kleurrijkste en mooiste padden stoelenfamilie die we in Nederland kennen. Wasplaten zijn zeldzaam en uitermate kieskeurig en in intensief landschappelijke gesteldheid is van ieder uurhok in zeeland een schat ting gemaakt van het aantal pad denstoelen dat er binnen dat uurhok zou kunnen voorkomen.. Een uurhok is een kaartvak van 5 bij 5 kilometer (een uur gaans) en de oppervlakte bedraagt dus 25 vierkante kilometer. Afhankelijk van de landschappelijke variatie werd een prognose opgesteld die varieerde van 50 tot 500 soorten. Aan de hand van de prognoses is berekend dat een waarnemingenbe stand van ongeveer 20.000 records nodig is om een representatief beeld van de Zeeuwse paddenstoelenflora te kunnen geven. Dat is inclusief de onvermijdelijke dubbeltellingen waarbij een soort meerdere keren binnen één uurhok wordt geregi streerd. Het beoogde aantal maakt een zinnige vergelijking mogelijk tussen de verspreiding van een soort tot 2005, met het verspreidingsbeeld van de laatste vijfjaar. Weliswaar ligt het aantal historische waarne mingen aanzienlijk hoger dan 20.000 records, maar daarbij gaat het veelal om willekeurig genoteerde vondsten en een beperkt aantal steeds weer opnieuw bezochte terreinen. Overigens hebben we relatief veel vergelijkingsmateriaal dankzij een tweetal pioniers dat zich in de laatste decennia van de twintigste eeuw

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2010 | | pagina 16