mm
Ere wie ere toekomt
Wasplaten, zoals het
vuurzwammetje en
beheerd weiland zijn ze binnen de
kortste keren verdwenen. Anderzijds
duurt het tientallen jaren voordat
zich in zorgvuldig beheerd grasland
een gevarieerde wasplatenflora heeft
ontwikkeld. In de Yerseke Moer von
den we aan het begin van de jaren
tachtig drie verschillende soorten,
en daar waren we erg blij mee. In de
loop van dertig jaar natuurbeheer
zijn de graslanden steeds verder
ontwikkeld en nu groeien er niet
minder dan negen soorten waspla
ten. Daarbij ontstaat een belangrijk
keuzemoment: wasplaten prefereren
schrale graslanden, maar die kun
nen op de lange duur zo schraal
worden dat grutto's en andere
weidevogels onvoldoende voedsel
vinden...
Een project als onze paddenstoe-
lenkartering kun je niet uitvoeren
zonder de hulp van tal van vrijwil
ligers. Tientallen mensen hebben
geholpen de Zeeuwse paddenstoelen
in kaart te brengen maar het voert te
ver ze allemaal te noemen. Een paar
uitzonderingen toch, voor mensen
die wel erg veel van hun tijd gege
ven hebben aan het project. Henk
Remijn, Thijs Franse, Ine van der
Ven, Nel Bulthuys, Elias de Bree en
Hannie Joziasse hebben allemaal een
grote bijdrage geleverd. Ook de excur
sies en werkweken van de Nederlandse
Mycologische Vereniging (NMV) zetten
flink zoden aan de dijk. Maar verreweg
de grootste inbreng kwam van myco-
loog Eef Arnolds die als projectleider
vanuit Het Zeeuwse Landschap de vrij
willigers en medewerkers aanstuurde,
begeleidde en steeds opnieuw van waar
devolle adviezen voorzag. Zonder zijn
inbreng was een uitgebreid en ingewik
keld project als onze paddenstoelenatlas
nooit van de grond gekomen.
C. Jacobusse is hoofd ecologie van
Stichting Het Zeeuwse Landschap
Zeeuws Landschap
■4het papegaaizwammetje,
zijn erg kieskeurig qua
groeiplaats. De Yerseke Moer
is één van de weinige plek
ken waar ze voorkomen.
(C. Jacobusse)