Oude landrassen redden akkerplanten en -vogels Behoud en terugkeer van akkerplanten, betere leefomstandigheden voor akkervogels en teelt van oude landrassen. Dat zijn de drie doelen van het project akkerreservaten, waarmee Het Zeeuwse Landschap zo'n tien jaar geleden begon. Kern ervan is het bedrijven van traditionele akkerbouw, zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen. De resultaten stemmen hoopvol. Nieuwe kansen voor Zeeuws levend erfgoed t Een vrouwtjes veld leeuwerik. Een typische vogel van het boerenland. (C. Jacobusse) Succes voor bolderik, dreps en patrijs Hij staat er helemaal achter en het enthousiasme straalt ervan af: Alex Wieland, terreinbeheerder waterwin gebied Sint-Jansteen en de akkerreser vaten in Zeeuws-Vlaanderen, gelooft in nut en noodzaak van het project akkerreservaten. 'Naar mijn mening is er wat natuurwaarden betreft heel veel winst mee te behalen en oude landras sen blijven behouden. Je spreekt er ook een ander publiek mee aan dan bijvoorbeeld vogel- en plantenliefheb bers. Ik merk vooral bij oudere mensen dat ze het erg interessant vinden dat we oude rassen weer gebruiken.' Wieland vertelt dat het project werd opgezet om behoud en terugkeer van kenmerkende akkerflora te bevorde ren. Die was door de moderne land bouwtechnieken bijna verdwenen. 'We hebben ongeschoond zaaizaad - waar de akkerkruiden deels nog inzaten - op een aantal akkertjes uitgezaaid.' Hij is tevreden over de resultaten. 'Sommige soorten, zoals bolderik en dreps, gaan heel goed. Soorten die niet tegen chemische middelen kunnen, gaan minder. Zo is korensla nog niet terug.' En gaan deweg kwamen ook de bedreigde akkervogels als veldleeuwerik en patrijs in beeld. De ouderwets Zeeland was ooit uitzonderlijk rijk aan akkerplanten. Dat kwam uiter aard door de grote oppervlakte aan akkers. Die lagen in drie verschillen de floradistricten, met elk een eigen, duidelijk herkenbare samenstelling aan plantensoorten. Dat betekende een extra grote biodiversiteit. De traditionele Zeeuwse akkerbouw was bovendien extensief, wat ook de verscheidenheid aan akkerplanten ten goede kwam. Het ging niet alleen om een grote rijkdom aan min of meer gewone soorten, maar er waren ook typisch Zeeuwse rariteiten aanwezig. Kenmerkend voor de provincie zijn onder meer: driehoornig walstro en akkerdoornzaad, evenals slanke beboerde akkers zijn gunstig voor de broedmogelijkheden en resten die bewust blijven liggen, dienen als wintervoedsel.' Traditionele producten en werkwijze Met wat op de akkers wordt inge zaaid kan een belangrijke bijdrage worden geleverd aan behoud van oude gewassen en rassen. Wieland: 'Wie weet zitje over een paar jaar ineens met erge ziekte in de tarwe. Dan moetje terug kunnen vallen op oude rassen. Maar die moeten er dan nog wel zijn. Inmiddels wordt zaaigoed van de HZL-akkers wikke en brede wolfsmelk. Met name de tarweteelt drukte een stempel op het landschap. De toegepaste rassen leverden een product van een prima kwaliteit op. De Zeeuwse witte stond lang bekend als het brood graan bij uitstek. Dat is allemaal (bijna) verleden tijd. Nochtans kunnen de streekeigen rassen en variëteiten nog wel gere kend worden tot het genetische en culturele erfgoed van Zeeland. Er zijn echter inspanningen nodig om ervoor te zorgen dat deze levende geschiedenis niet helemaal verloren gaat. Dan gaat het onder meer om herintroductie van bepaalde cul tuurgewassen. zoveel mogelijk met Zeeuwse wortels, in speciale akker reservaten. De akkerkruiden volgen vanzelf

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2011 | | pagina 4