Waarschijnlijk was dat het begin van de veelheid aan voorzieningen die we vandaag de dag zo vanzelfsprekend vinden. Was het vroeger niet veel meer dan een parkeerplaats en een picknickbank, tegenwoordig is het een veelheid aan paden, routes, informatiepanelen, uitkijktorens en wat dies meer zij. Voor de een misschien een gruwel, als je het liefst helemaal opgaat in de natuur, voor anderen een leuke aanvulling of goed voor een veilig gevoel. En voor de terreinbeheerder zowel een manier om bezoekers goed te geleiden en kwetsbare plekken te ontzien, als om enthousiasme en veldkennis kwijt te kunnen of juist dat ene mooie plekje te laten zien. ALLERLEI BEZOEKERS WELKOM Laat er geen misverstand over bestaan: bezoekers zijn van harte welkom in de terreinen van Het Zeeuwse Landschap! Als het maar enigszins kan zijn de gebieden opengesteld. Niet alle gebieden lenen zich daar echter even goed voor. Zo kan het in weidevogelgebieden in het broedseizoen te veel verstoring geven of, zoals in Het Verdronken Land van Saeftinghe, te gevaarlijk zijn. Als een gebied niet zonder meer toegankelijk is, bieden voorzieningen uitkomst om de natuur er toch beleefbaar te maken. Dat kan bijvoorbeeld door een vlonderpad, een uitkijkpunt of vogelkijkhut aan te leggen. Het is een hardnekkige mythe dat natuurgebieden worden afgesloten door prikkeldraad. Als er al prikkeldraad staat, dan is het om het vee binnen en niet om de bezoeker buiten te houden. Ook wat bezoek aan natuurgebieden betreft geldt: zoveel hoofden, zoveel zinnen. Zo zijn er de liefhebbers van wildernis, die volledig opgaan in de planten- en dierenwereld. In Zeeland bestaat deze groep vooral uit vogelaars. Zij kunnen hun hart ophalen in de vele open, natte en vogelrijke gebieden, die zo kenmerkend zijn voor de Delta. Een heel andere groep wordt gevormd door de uitdagingzoekers. Hen gaat het om de fysieke inspanning en ze beschouwen natuur en landschap vooral als een mooi decor. Het merendeel van de bezoekers komt om er even tussen uit te zijn en bij te komen van de dagelijkse beslommeringen. Daarnaast zijn er de gezelligheidszoekers, die met vrienden of familie op pad gaan. Zij zoeken de wat meer'aangeharkte'gebieden, met een extra attractie en horecavoorzieningen. En tot slot is er de geïnteresseerde recreant, die nieuwsgierig is naar natuurweetjes en het verhaal over landschap en cultuurhistorie. BEZOEKERSCENTRA Bij het rijk gevarieerde aanbod van Zeeuwse natuurgebieden vormen de bezoekerscentra een attractie op zichzelf. Het Zeeuwse Landschap heeft er vier. De Eendenkooi op St. Philipsland is een natuur- en cultuurhistorisch pareltje; een oase van rust die gedijt bij het regime van de kooiker. Bezoekers passen daar eigenlijk niet goed bij. Voor schoolklassen uit de omgeving wordt echter een uitzondering gemaakt. In het informatiecentrum bereiden de kinderen zich eerst goed voor met een lesbrief. Dan gaan ze met de kooiker en haar hondje op pad. Zo'n bezoek laat steevast een onuitwisbare indruk achter! Oranjezon is één van de drukst bezochte gebieden van Het Zeeuwse Landschap. In het informatiecentrum bij de entree kun je een eerste indruk van het gebied krijgen en ontdekken welke bijzondere planten of dieren je onderweg kunt verwachten. Maar uit de enthousiaste reacties in het gastenboek valt op te maken dat ook het omgekeerde werkt: eerst zelf op pad gaan en pas daarna de bijbehorende informatie opdoen. Het Verdronken Land van Saeftinghe is, op een klein gedeelte na, alleen toegankelijk onder leiding van een gids. Voor wie niet vertrouwd is met de getijdendynamiek en het veranderend geulenpatroon in dit immense oerlandschap, is het er veel te gevaarlijk. Er worden dan ook nergens zo veel excursies gehouden als hier. De wens om hier een bezoekerscentrum te bouwen ontstond indertijd (eind jaren '90) vanwege de jaarlijkse grote overtekening van excursies. Er was ongeveer twee keer zo veel vraag als aanbod! Een bezoekerscentrum zou niet alleen een deel van die vraag kunnen wegnemen, maar ook de excursieduur kunnen verkorten, zo was de gedachte. Er was aanvankelijk het idee om een binnenvaartschip in de haven van Emmadorp af te meren en van een geheel glazen wand te voorzien. Zo zou er vrij uitzicht zijn op Het Verdronken Land. Dit plan stuitte op zoveel bezwaren dat het nooit is uitgevoerd. Ook het huidige bezoekerscentrum kwam er niet zonder slag of stoot, vanwege de angst bij de lokale bevolking dat het teveel drukte zou veroorzaken. Nu is het een niet meer weg te denken voorziening, die weliswaar een tocht door Het Verdronken Land niet kan evenaren, maar met recht'second best'kan heten. Evenals in de Eendenkooi is er ook hier een speciaal programma voor het basisonderwijs. De laatste loot aan de stam is Terra Maris. Geen bezoekerscentrum, maar een museum met ondermeer een prachtige schelpencollectie, een collectie van geprepareerde Zeeuwse dieren, fossielen èn een tuin met Zeeuwse landschapstypen. Waar Saeftinghe het Zeeuwse oerlandschap laat zien, vertelt Terra Maris hoe dit oerlandschap zich onder invloed van mens en natuur heeft ontwikkeld tot het Zeeland van nu. Samen met het Zeeuws Museum, het Watersnoodmuseum en het maritiem Muzeeum, vertelt het de geschiedenis van Zeeland. Toch kan ookTerra Maris worden geschaard onder het aanbod van natuurbeleving; wandel maar eens door de landschapstuin! ZEEUWS -13-LANDSCHAP

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2011 | | pagina 13