René Beijersbergen De Westerschelde is een schakeltje in het netwerk van habitats en leefgebieden langs het Kanaal en de NoordzeeVeel planten- en diersoorten van de Westerschelde komen ook in onze buurlanden voor. Er is uitwisseling van individuen en de populaties zijn volop in beweging. Estuariene soorten zijn migranten. Van paaiplaats naar kinderkamer, van broedgebied naar overwinteringsplaats en van foerageergebied naar hoogwatervluchtplaats. Beweging is een kenmerk van de bewoners van estuariene en mariene natuurgebieden. Pioniervogels passen perfect in dit dynamische patroon. NATUUR VAN DE WEST Er was eens een zandplaat... Zo zou je het verhaal van de broedende pioniervogels op de Hooge Platen kunnen beginnen. Halverwege de jaren zeventig werd ontdekt dat er ieder jaar enkele paren dwergsterns broedden op de Bol, het hoogste deel van het platencomplex. Het was in de tijd dat de dwergstern hier uiterst zeldzaam geworden was; ja, op het punt van uitsterven stond. De dwergsterns op de Hooge Platen telden dus mee; ook al kwam er van de broedpogingen veelal niets terecht omdat de nesten voortijdig wegspoelden bij hoge vloeden. Toch vormde het voorkomen van de sterns voor de Dienst der Domeinen aanleiding om het beheer van het gebied over te dragen aan Het Zeeuwse kunstmatige schelpenbank ontstond. En die opzet slaagde! De dwergsterns vestigden zich binnen de ring, met als resultaat een goede reproductie en een mede daardoor snel groeiende kolonie. Na een aantal jaren was het aantal uitgegroeid tot 175 broedparen en dat betekende toen de grootste kolonie van Noordwest-Europa. STEEDS MEER SOORTEN De ring was ondertussen technisch geperfectioneerd en de losse zandzakken waren vervangen door een meer duurzame constructie met zeildoek en staaldraad. En ondertussen werd het beveiligde broedgebiedje ook ontdekt door andere vogels. Strandpleviertjes, Foto boven Landschap. Met de uitdaging om de sterns een Zeehonden veiliger broedgebied te bieden. (ChielJacobusse) De eerste maatregel daarvoor was de aanleg van de zogenaamde Ring. Een klein stukje van die immens Foto midden grote zandplaat werd omringd met een dijkje Een zwerm grote van zandzakken om daar het vloedwater buiten sterns boven de te houden. Wil zoiets werken dan is het natuurlijk kolonie een eerste vereiste dat de vogels daadwerkelijk (Chiel Jacobusse) gaan broeden op het beveiligde plekje datje voor hen als beheerder in gedachten hebt. Om dat te bereiken werd binnen de zandzakkenring een laag kokkelschelpen gestort, zodat er een soort soms in flink aantal en weldra ook visdieven. De visdief is ook een lid van de sternenfamilie, maar ruim twee keer zo groot als de dwergstern. Landende visdieven in de kolonie zorgden voor paniek en waren daarmee een bedreiging voor het broedsucces van de dwergsterns. Zo ontstond het idee om de soorten ruimtelijk te scheiden door de aanleg van een nieuw broedgebied. Op een halve kilometer afstand van de ring werden rijshoutschermen geplaatst om stuivend zand in te vangen en zo het ontstaan van kleine duintjes te bevorderen. Dat lukte prima, met ZEEUWS -18- LANDSCHAP

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2011 | | pagina 18