Verspreid in het land liggen de stille getuigen van een oorlog die vier eeuwen geleden
woedde in Zeeuws-Vlaanderen. Overblijfselen van schansen, liniedijken en andere
verdedigingswerken, opgeworpen door beide strijdende partijen. Sommige goed
zichtbaar, andere alleen met een geoefend oog. Vaak landschapspareltjes die de
aantrekkelijkheid van het Zeeuws-Vlaamse polderland verhogen.
HET BELEG VAN SLUIS
grote delen van Noord-Vlaanderen onder water
in een poging zijn opmars te stuiten. Desondanks
vallen de steden één voor één in Spaanse handen.
Alleen Terneuzen, Biervliet en Sluis blijven Staats. Ter
verdediging van Terneuzen bouwen de Staatsen hun
eerste fort op Vlaamse bodem: de Moffenschans. In
reactie hierop bouwen de Spanjaarden een aantal
fortjes in het Land van Axel. Om de zuidkust van de
Braakman te beschermen, richt Farnese fort Sint-Filip
op, het latere Philippine. De Staats-Spaanse linies
zijn geboren. Vier jaar later (Gent, Brugge, Damme en
Antwerpen zijn al gevallen) weet Farnese ook Sluis
in te nemen. Over het Zwin komt een schipbrug die
naderen. De Spaanse verdedigingswerken langs het
Zwarte Gat (o.a. de Marolleschans tussen Nieuwvliet
en Oostburg en de Hans Vrieseschans bij Zuidzande)
en de Brugse Vaart (nu het Groote Gat) worden ge
makkelijk ingenomen. Op 10 mei geeft de Spaanse
bezetting van IJzendijke zich over. Aardenburg volgt
twee dagen later. De stadswallen zijn verwaarloosd
en de omtrek ervan is te groot. De 1500 Duitse huur
lingen staan machteloos en slaan op de vlucht. Ook
de Olieschans ten noorden van Aardenburg laten
ze onbeheerd achter. Nu richt Maurits zijn pijlen op
Sluis. De Staatsen trekken langs het zuiden om de
stad heen en veroveren de westoever. Het beleg van
de doorgang voor de Staatsen moet verhinderen.
De schans Terhofstede (later verdwenen in het Zwin)
bewaakt de brug.
In 1604 landt prins Maurits met een flink leger in het
Land van Cadzand. Doel: Oostende (nog Staats) be
vrijden van een bijna driejaren durende omsingeling
door de Spanjaarden. Snel veroveren de Staatsen het
eiland. Ze slagen er echter niet in het Zwin over te
steken en besluiten via een omweg Oostende te be
sluis begint. Maurits laat rond de stad een ondoor
dringbare keten van verdedigingswerken opwerpen.
Eén daarvan is de Bordeelschans bij Draaibrug. De
Spaanse troepen in de stad kunnen geen kant meer
op. De hongerdood en besmettelijke ziekten drei
gen voor 3000 a 4000 soldaten en meer dan 1400
galeislaven en burgers. Na twee maanden komt
Spinola met een ontzettingsleger te hulp. Na een
aantal mislukte pogingen slaagt hij erin bij Sint Kruis
de stellingen te doorbreken. Zijn troepen stomen
op naar Oostburg en heroveren een aantal schansen
V.l.n.r.
Hansvriezeschans,
Fort Nijevelt,
Olieschans en de
Krabbeschans.
(M. Decleer
West-Vlaande-
ren), P. Buteijn,
\N. Halfwerk,
P. Buteijn)
ZEEUWS -9-LANDSCHAP