x
.0.
specht is ook de zeldzamere kleine bonte gezien,
naast soorten als ransuil, boomkruiper, holenduif en
zwartkop. Ook zijn er vleermuizen, zoals de gewone
en ruige dwergvleermuis en de laatvlieger.
Aandacht voor de natuur kreeg Nicole met de pap
lepel ingegoten, vooral door haar vader. 'Toen mijn
kinderen naar de basisschool gingen ben ik natuur-
ouder geworden.' Vandaar haar bovengemiddelde
belangstelling voor de natuur. Ze herkent meteen
de kenmerkende geur van daslook, een uitbundig
wit bloeiende stinzenplant. Op enkele plekken is de
bodem ermee bezaaid. De bloemen lijken wel wat
op het fluitenkruid, dat ook volop in bloei staat. De
resten van eikels tussen het zevenblad verklappen
onder welke machtige boom we staan.
Lopen door Landlust is een soort ontdekkingsreis.
De ene na de andere boomsoort duikt op. Van
machtige, niet te omarmen reuzen tot uitbottende
stobben en iele opslag. De grillige vertakkingen van
de hoge bomen maken indruk. Evenals de bast, die
voor iedere soort weer anders oogt. Soms ruw, soms
glad, soms gehavend. De stam van nogal wat bomen
is omgeven door klimop. Dat heeft vooral goede
(besjes in najaar en winter, mooie bloei, goed voor
insecten) kanten, legt Luciën uit. We passeren 200
jaar oude zomereiken en beuken. Bijzonder zijn de
pimpernoten, met een beetje vlierachtig uiterlijk en
lengtestreepjes op de bast. Bij het koetshuis staan
taxussen van wel een eeuw oud.
Nicole, als natuurouder:'Kijk eens hoe mooi de
kastanjebomen bloeien en -als ik het goed zie- een
es die ertussen uitloopt. En hier aan het blad te zien
een hazelaar, een jonkie. Daar een grote plataan. Ik
vind de stam met die verschillende kleuren mooi. Een
goede stadsboom, want hij schijnt meer dan gemid
deld vuile stoffen op te nemen. Dit vind ik leuk; een
es met zwarte knoppen.'
Dat Landlust een echt dorpsbos is, blijkt uit de plat
getreden paden. Maar de hond uitlaten en spelen
zijn niet de enige bezigheden. Nicole wijst op een
dikke boom vol inkepingen. Letters, cijfers, hartjes.
Sommige jaartallen zijn omkaderd en gaan flink te
rug in de tijd.'Een liefdesboom', roept ze.'Waarschijn
lijk omdat hij zo'n gladde bast heeft, daar kun je mak
kelijk in kerven. Ik denk niet dat het echt kwaad kan,
de sapstromen zitten dieper.' Luciën is zuiniger: 'Het is
toch niet zo goed voor een boom. Wij moedigen het
zeker niet aan.'
Bij de vijver staat een eenvoudig betonnen monu
mentje met de aanduiding 19july 1856C.AJ.van
Citters. Een bescheiden ode aan de stichter van dit
cultuurhistorisch erfgoed. Aan de rand nog een roya
le bos rododendrons, met welgeteld één roze bloem.
Nicole: 'Het is toch een echt parkje.' De uitgang is
nabij. De tjiftjaf doet jubelend uitgeleide.
R. Antonisse is journalist en redactielid van ZL
Foto boven
In het bos wemelt
het van de daslook
met zijn witte
bloemetjes.
(L Calle)
Foto onder
Het monumentje
bij de vijver in het
park. (W. Castelijns)
ZEEUWS -
19-LANDSCHAP