OD fe Op 12 februari 2010 voeren Vlaamse baggerschepen uit om negen drempels in de Westerschelde een kopje kleiner te maken. Ruim een jaar later en een kleine acht miljoen kuub weggebaggerd sediment verder was de klus geklaard. Sindsdien wordt de Westerschelde'slechts'op zijn nieuwe doorvaartdiepte gehouden. Bijna vier jaar later bekijken we de toestand van het estuarium. Foto Hier en daar zijn de platen zó opgehoogd dat ze permanent begroeid zijn. In de luwte is het er goed toeven. (L. de Jong) KOKKELS EN WADPIEREN door Vincent Klap De derde verruiming van de Westerschelde kreeg in 2010 groen licht op basis van de voorspelling dat geen netto verlies van natuurwaarde zou optreden. Een andere manier van baggerstorten zou zodanig profijtelijk zijn voor de natuur dat hij opwoog tegen de schade van verdere verruiming. Het onderschei dende aan de nieuwe stortstrategie is dat veel bagger specie wordt gestort langs de randen van bestaande zandplaten. Het gaat daarbij niet alleen om de bag gerspecie van de verdieping zelf, maar ook die van het jaarlijkse onderhoud dat in volume zelfs groter is. De logische vraag is nu of de optimistische voorspel ling over deze zogenaamde plaatrandstortingen is uitgekomen? DRIETOETSCRITERIA De vraag is eenvoudig, het antwoord bepaald niet. Waaraan meetje succes of mislukking af? De Vlaamse en Nederlandse overheid hebben daar vooraf natuur lijk over nagedacht en drie toetscriteria opgesteld, te weten (i) het behoud van het meergeulenstelsel als een basale randvoorwaarde, (ii) het boeken van ecologische winst met de plaatrandstortingen en (iii) het behoud van oppervlak van ecologisch waardevol gebied, zoals bestaande platen, slikken en schorren. Wie vreesde dat na de vergunningverlening in 2010 de interesse van de overheden in de Westerschelde zou afnemen, kan gerust zijn: er wordt gemeten bij het leven. Het is moeilijk voor te stellen dat er andere estuaria zijn waar de ontwikkelingen van waterbewe ging, bodemaanpassing en ecologische indicatoren intensiever gevolgd worden dan hier. En de meetdata zijn vrij beschikbaar. Wie zich niet wil verlaten op de algemene berichtgeving, kan dus zelf aan de slag. Daaruit komt het volgende beeld naar voren. BEHOUD MEERGEULENSTELSEL Het meergeulenstelsel is het patroon van zich tussen de dijken heen en weer slingerende geulen. Wie van de ene kant van de Westerschelde naar de overkant vaart, passeert in de regel twee geulen, een hoofdgeul en een nevengeul. Of omgekeerd. De overtuiging is dat het rampzalig is voor het estuarium wanneer dit patroon ZEEUWS -12-LANDSCHAP

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2013 | | pagina 12