DE KLEUR VAN EEN
OUDERWETSE PYAMABROEK
DE PADEN OP...
:-mr
affHaw Wannes Castelijns, medewerker ecologie en
kwaliteit stichting Het Zeeuwse Landschap.
Mt%
door Rinus Antonisse
ohan Smallegange uit Wolphaartsdijk,
akkerbouwer en houder van pensionpaarden, deel
tijddocent akkerbouw en veehouderij
Edudelta College Goes
Weel in de Heerenpolder zuidelijk van
Wolphaartsdijk.
Foto
Gras en een beurs-
zwann, Johan en
Wannes helemaal
blij. (R. Antonisse)
Soms zit het tegen, soms mee. Na dagen vol
regen schijnt de zon glinsterend in de volle sloten
en vele plassen op de doornatte landerijen.
Voor even, want sluierbewolking kondigt een
volgende omslag aan. Vanaf de Oude Veerdijk
ziet de Heerenpolder er uitnodigend uit. Akkers
met middendoor een brede strook weilanden en
water. Een combinatie van cultuur- en natuur
landschap. Precies als in de inborst van Johan
Smallegange. 'Ik ben natuurliefhebber en ook
agrariër. Het is wel eens lastig met belangen
tegenstellingen.'
Je ziet het er niet direct vanaf, maar de Weel in
de Heerenpolder is uit oogpunt van natuur en
cultuurhistorie bijzonder, legt Wannes Castelijns
uit. Nat en zoutig en één van de Zeeuwse ge
bieden waar water- en weidevogels zich veilig
voelen. Een extraatje vormen de brakke plekken,
wat verder binnendijks niet vaak voorkomt. Zout
in de bodem komt door kwel aan het oppervlak.
Het voorkomen van de zeeweegbree is er een
bewijs van. Johan weet door zijn kennis over het
ontstaan van het gebied dat er geen veen zit; dat
is weggespoeld en de ondergrond is nu zandig.
In de buurt boert hij op een akker met een heel
dunne kleilaag en al snel daaronder een zandpak-
ket. Dankzij een zoetwaterbei kan er ook bere
gend worden.
Wijzend op een zwarte stip in de lucht, twijfelt
Johan: is het een buizerd of een bruine kiekendief?
De kijkers brengen uitkomst: een buizerd. Wannes
vertelt dat in het gebied dikwijls twee paar bruine
kiekendieven zitten, die huizen in de rietkragen.
Bomen in de omgeving vormen mooie uitkijkplekjes
voor de buizerds, weet Johan. Hij ziet ze regelmatig
in het Schengegebied en vraagt zich af of ze moge
lijk de bruine kiekendieven verdringen. 'Als ze dicht
bij elkaar broeden kan er concurrentie om voedsel
zijn. Dat is hier niet zo. We pleiten wel voor zo min
mogelijk bomen rondom kreken', stelt Wannes.
Natuurlijk zijn er de alom aanwezige ganzen. 'Daar
hebben we echt last van', zegt Johan met zijn agra
rische pet op. 'Worden hier ook eieren geschud?
Bestrijden helpt wel.' Dat gebeurt inderdaad, omdat
anders het aantal zomerganzen de pan uitrijst, geeft
Wannes aan.'Vroeger hadden we geen overzome-
raars. We hebben wel eens het idee dat ze gestimu
leerd zijn om hier te blijven door de losgelaten of
ontsnapte soepganzen.' Hij gelooft er in dat uiteinde
lijk de ecologie zichzelf in balans houdt.
Een groepje Blonde d'Aquitaines graast nog enkele
weken buiten, op weg naar de winterstop. Geen
stier te zien, dus even het weiland in. Laarzen zijn
broodnodig. Johan speurt met deskundig oog de
grond af. Hij trekt er ook altijd met leerlingen opuit
ZEEUWS -14-LANDSCHAP