■rfaSm&t&S
m t -u
m
ipfete
f: i:ï!'
WM-*
i !ifV
Als Walcheren wordt getypeerd door duinen en landgoederen en Zuid-Beveland door een
dichte wirwar van dijkjes in de Zak, dan is Zeeuws-Vlaanderen het land van de kreken.
'•Ta
ij#
door Chiel Jacobusse
Ji
VSiJh.V
Foto
Nieuwerkerksche
kreek.
(C. Jacobusse)
Foto
Baarzandse Kreek.
(C. Jacobusse)
Vaak waren het oorspronkelijk getijdenkreken die
bij de bedijking van een polder nog zo breed en
diep waren dat ze als waterpartij zichtbaar bleven.
Maar er zijn ook doorbraakkreken, ontstaan tijdens
stormvloeden en zelfs kreken die grotendeels door
mensen gegraven zijn. Met Ad Beenhakker uit Mid
delburg maak ik een fascinerende tocht langs de
kreken van West-Zeeuws-Vlaanderen.
Beenhakker heeft als landschapsecoloog een specia
le studie van de Zeeuws-Vlaamse kreken gemaakt en
kan erover vertellen als geen ander. De oorsprong,
naam of ander aspect van een kreek; op vrijwel geen
enkele vraag blijft Ad het antwoord schuldig. Onze
tocht begint bij de Baarzandse kreek bij Groede. De
kaart wijst uit dat het hier om een doorbraakkreek
gaat, die ontstaan is vanuit het oosten. De omgeving
van Groede was al in de Middeleeuwen bewoond,
maar in de zestiende en zeventiende eeuw moest
de Oude Groedsche polder worden opgegeven na
verschillende doorbraken. De prachtige Middel
eeuwse kerk bleef wel intact. De Baarzandse kreek
ontstond als gevolg van een doorbraak ter plaatse
van een oude getijdenkreek, die nog is te herkennen
aan de brede, laaggelegen oeverlanden. Kreken die
bij een doorbraak ontstaan worden gekenmerkt door
hoge steile oevers. De iets zuidelijker gelegen Nieuw-
kerksche kreek is er een prachtig voorbeeld van. Zo
verraadt de vorm van een kreek vaak zijn ontstaans
geschiedenis. We rijden van de Baarzandse kreek
zuidwaarts en passeren diverse keren een doorsteek
van de Nieuwkerksche kreek, voordat we arriveren
bij de Blikken. De naam wijst op de vanouds natte
ligging van dit uiteinde van de Nieuwkerksche kreek
en is een verbastering van'blinkend'wat wijst op de
weerkaatsing in het water. Door inrichtingswerken
heeft de Blikken zijn oude glorie teruggekregen en er
zijn weinig kreken die zo in trek zijn bij Nederlandse
en Belgische vogelaars (zie p. 34-35).
De polder ten zuiden van de Blikken ziet er op het
eerste gezicht niet heel bijzonder uit. Wat wel opvalt
is dat er slootjes lopen die een scherpe overgang in
ZEEUWS -18-LANDSCHAP