mm
ft
k p
k
I V
Vf/irI ToKK/7 AW/7KIC
LAI I I CI I LA IVILAIIj
CAMOUFLAGE
1! I
fflÊÊÈÉÈiÊfc"
In de dierenwereld vinden we volop voorbeelden
van camouflage, oftewel verhulling. Grofweg
zijn er twee redenen waarom een dier zich
verhult: een prooidier wil zich verbergen voor
zijn predator (vijand) of een predator wil zich
verbergen voor zijn prooi. Als we kijken naar de
wijze waarop dit verbergen gebeurt, zien we tal
van creatieve manieren. Neem bijvoorbeeld de
volgende dieren die in het aquarium van Terra
Maris te zien zijn.
In het zuilaquarium van het museum leeft de
gewone hooiwagenkrab. Dit is een zeer fragiele
krab, die bij tal van vissen op het menu staat.
Deze tienpoter beweegt zich zeer langzaam en
enigszins wiegend voort, waardoor hij lijkt op
een voorwerp dat op de golfslag meedeint. Ook
beplakt dit krabbetje zich met allerlei materialen
uit zijn leefgebied, zoals algen, wieren en stukjes
spons. Daarmee gaat hij qua uiterlijk helemaal
in de omgeving op. Ook de zeeappels, dat zijn
zee-egels, in het zuilaquarium beheersen deze
truc. Zij bedekken zich vaak met stukjes schelp,
waardoor ze én beschermd zijn én wegvallen
tegen de schelpenbodem.
De botervisjes in het zuilaquarium hebben over
hun hele lijf nepoogjes. Ook dit is een vorm van
camouflage en wordt vormvervaging genoemd.
Door de vele ogen weet een rover niet waar
de (kwetsbare) kop van de vis zich bevindt,
waardoor de vis, als hij gepakt wordt, meer kans
heeft om zich los te rukken en te ontsnappen.
In het grote aquarium zijn onder andere de
platvissen, zoals de tong, ware meesters in het
zich verbergen. Overdag ligt een tong meestal
ingegraven in het zand, waardoor hij sowieso niet
opvalt. Maar ook is de bovenzijde van de tong
gepigmenteerd, waardoor hij qua kleur wegvalt
tegen de zandbodem. Als een tong zich ondanks
zijn camouflagekleur toch bedreigd voelt,
steekt hij zijn bovenste borstvin omhoog. Dit
borstvinnetje is voor de helft zwart gekleurd en
bootst de giftige rugvin van de kleine pieterman,
een andere vis, na. Deze vorm van camouflage
heet mimicry (of nabootsing). Iedere grote vis
die ooit met een kleine pieterman in aanraking is
geweest weet datje die het beste met rust kunt
laten.
De harders en zeebaarzen in het aquarium lijken
met hun zilveren tinten niet gecamoufleerd, maar
ook die kleuren zijn camouflage. Deze vissen zijn
namelijk alleen aan de onderzijde helder zilver
van kleur; de rug is donkerder getint. Van bovenaf
gezien vallen ze hierdoor weg tegen de donkere
zeebodem, en van onderaf gezien tegen het lichte
wateroppervlak. Deze verhulling beschermt de
harder en zeebaars tegen aanvallen van dieren
(andere vissen en vogels) die hén willen eten.
Tegelijkertijd helpt dit de zeebaars om kleine
visjes te vangen. Dat geldt niet voor de harder,
die van plantaardig voedsel leeft.
Erik Speksnijder
ZEEUWS -18-LANDSCHAP