W
zijn. Gaandeweg blijft steeds minder schor over. Op het
nieuw ontstane slik op de plaats van het voormalige
schor kan het schorvormende proces echter weer van
voor af aan beginnen. Onder de juiste omstandigheden
kunnen er zich weer pionierplanten vestigen, waardoor
het schor zichzelf als het ware verjongt. Dergelijke cycli
nemen vele tientallen jaren in beslag. Schorren kunnen
dus overleven, vooropgesteld dat er voldoende
ruimte is om het schor te laten krimpen zonder dat het
helemaal verdwijnt en de omstandigheden gunstig zijn
om het weer te laten uitgroeien.
DEMPING VAN ENERGIE
Het water langs onze kusten bevat energie, omdat het
stroomt en golft. Bij storm is de hoeveelheid energie
enorm en kan het water een verwoestende kracht
hebben. De schorren dempen deze energie, door hun
hoger gelegen bodem en door de planten met hun
stengels en bladeren. Met andere woorden: schorren
maken het water veel 'kalmer', halen de energie er
voor een groot deel uit. Daar waar er schor voor onze
kust ligt, stroomt het water langzamer en zwakken
de golven af voordat ze de dijk bereiken. Schorren
helpen dus bij onze kustverdediging. Ook in de winter,
wanneer er bijna geen planten op het schor staan,
geven de opgehoogde bodem en plantenresten nog
voldoende weerstand aan de golven om de kracht van
een storm flink te reduceren.
ZEESPIEGELSTIJGING
Zeespiegelstijging zou schorren kunnen laten
'verdrinken'wanneer het gemiddelde waterpeil sneller
stijgt dan de schorbodem ophoogt. Het zeewater langs
de Nederlandse kust bevat gelukkig voldoende zand
en slib om het proces van schorophoging gaande
te houden. Schorverjonging door vestiging van
pionierplanten is gevoeliger voor zeespiegelstijging,
omdat dit tot grotere golven op het kale slik kan leiden.
Zolang factoren zoals verdieping van vaargeulen of
een toename van scheepsgolven de fragiele balans
tussen groei en erosie niet verstoren, zal het schor
zijn belangrijke beschermende functie van onze
kustlijn houden. Sterker nog, wanneer we kans zien de
natuurlijke cyclus in het schor positief te beïnvloeden,
is het schor van groeiend belang voor onze veiligheid
tegen overstromingen.
KUSTVERDEDIGING
Door de energie-dempende werking van een schor
kan de erachter liggende dijk minder hoog en breed
zijn dan wanneer het water'vrij spel'heeft. Wanneer
we dus de ontwikkeling van de schorren in ruimte en
de tijd kunnen voorspellen, kan dit een belangrijke
stap zijn op weg naar het betrekken van schorren in
de bescherming van onze kust. Dat kan aanzienlijk
schelen in de kosten van verhogen en verbreden
van de dijken. Wetenschappers gebruiken daarvoor
computermodellen, die de ontwikkeling van het schor
zo goed mogelijk beschrijven. Onderzoekers van het
Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der
Zee (NIOZ) en de Technische Universiteit Delft
(TU-Delft) hebben recent een dergelijk model
gebouwd. Daarvoor deden ze zowel onderzoek in
het veld, als experimenten in het laboratorium. De
huidige versie voorspelt nu nog niet precies hoe
een bestaand schor zich in de komende tientallen
Schematische
weergave van
de schorcyclus,
zoals in de tekst
beschreven.
1. kaal slik
2. pionierbegroeiing
4. hoog schor
met klifvorming
3. schorvorming
en -uitbreiding
5. eroderend
krimpend) schor
6. rekolonisatie
jaren zal ontwikkelen, maar er is wel een belangrijke
doorbraak gemaakt in het begrijpen hoe het proces
van schorvorming en -afbraak werkt. Het model toont
nu al hoe plaatselijke omstandigheden, zoals breedte
en hoogteligging van het slik en golfslag, de natuurlijke
cyclus van schorgroei en kliferosie beïnvloeden.
Het nieuwe model helpt de waterbouwkundigen
te bepalen hoe schorren in het ontwerp van onze
kustverdediging kunnen worden betrokken.TU-Delft,
NIOZ enTU-Twente ontwikkelen het model verder.
Prof. dr. TJ. Bouma is onderzoeker bij NIOZ-Yerseke, lector
bij Hogeschool Zeeland en bijzonder hoogleraar bij de
Rijksuniversiteit Groningen, Ir. Z. Hu was promovendus
aan de TU-Delft en M.G.F. Zaan is tekstschrijver
Hier is na een
storm het golf dem
pen de effect van
een schor goed te
zien: het op de dijk
aangespoelde ma
teriaal ligt achter
het schor ruim een
meter lager dan
verderop, waar
geen schor voor de
dijk ligt. (V. Vuik)