en randstructuren. Dat geeft namelijk een grote
variatie aan zogeheten microklimaten, wat een groot
en gevarieerd insectenaanbod oplevert. Analyse van
prooiresten in uitwerpselen van mopsvleermuizen
leerde dat de soort bijna uitsluitend kleine
nachtvlinders eet. Dankzij hun typische tweeledige
echolocatiegeluid zijn ze specialisten in het vangen
van geluidsgevoelige nachtvlinders. Verder vangen
ze ook muggen, vliegen en kleine kevertjes.
Van nature is de mopsvleermuis een boombewoner.
Duits onderzoek toont aan dat zij een uitgesproken
voorkeur hebben voor loshangende schors.
Daarachter kunnen zich zowel enkele individuen als
kleine kolonies schuilhouden. Verder benutten ze
soms allerlei spleten en nauwe ruimtes in gebouwen
als verblijfplaats. Ze wisselen regelmatig van plek,
waardoor kolonies lastig te vinden zijn. Ze zijn
opvallend goed bestand tegen kou en kunnen de
winter zowel in boomholten als in ondergrondse
verblijven en gebouwen doorbrengen. Bij
voorkeur overwinteren ze in de buurt van hun
zomerverblijfplaats. De soort is lichtschuw en zowel
in de kraamkolonies als de winterverblijven gevoelig
voor menselijke verstoring.
OUDEEN DODE BOMEN
Een belangrijk onderdeel van het beheer is het
behoud van oude en dode bomen, met gaten, holtes
en loszittend schors. Vaak staan deze langs paden.
De veiligheid van de wandelaar gaat hierbij boven
alles. Daarom controleren we jaarlijks de bomen
langs de paden. Bomen die een risico vormen
kappen we of kleden we uit. In het laatste geval
zagen we dode takken af of zagen bij dode bomen
de top eruit. De bomen worden zo stabieler en er
is minder gevaar. Dode bomen kunnen jarenlang
blijven staan en zo een meerwaarde voor de natuur
opleveren. Het levert soms opmerkingen op van
mensen die vinden dat het er niet zo mooi uitziet.
Na uitleg is men toch wel overtuigd van het nut.
Verdervan de paden'ringen'wij af en toe bomen.
Bij voorkeur zijn dit exoten (boomsoorten die van
nature niet in Nederland voorkwamen). Deze gaan
dan dood, maar kunnen nog jaren blijven staan.
Spechten maken hier holtes in, waar vleermuizen
graag gebruik van maken. Naast deze holen zijn ook
spleten en loszittend schors van belang.
AANVULLEND BEHEER
Voor het foerageergebied van vleermuizen zijn
bospaden en bosranden belangrijk. Deze dienen dus
gevarieerd te zijn. In de Clingse bossen maakten we al
diverse bosranden minder strak. In de weilanden langs
het bos plantten we hoogstamboomgaarden, solitaire
bomen en hagen aan en groeven poelen. Dat leverde
ook extra foerageergebied op. Dit is echter een fractie
van het kleinschalige cultuurlandschap dat vroeger in
deze grensstreek voorkwam. Het zou mooi zijn dit op
meer plaatsen te herstellen.
Het is daarbij belangrijk dat de verschillende bossen
met elkaar verbonden blijven of worden, om
foerageergebieden te behouden en uitwisseling
tussen verschillende populaties mogelijk te maken.
Dit kan met aansluitende bomenrijen of kleine bosjes.
ZEEUWS -9
Noodzakelijke kap van bomenrijen moet daarom
gefaseerd gebeuren. Het waterschap Scheldestromen
houdt hier al rekening mee, maar er valt nog veel te
winnen.
Ook verlichting is belangrijk. Licht kan een barrière
zijn voor verschillende soorten, waaronder de
mopsvleermuis. Bij de aanleg van nieuwe verlichting
bij de rotonde van Kapellebrug wordt gelukkig
vleermuisvriendelijk, amberkleurig licht toegepast.
Zo kunnen de vleermuizen naar de bossen van Sint-
Jansteen blijven vliegen.
Wij doen er alles aan het bos goed te beheren.
Een waardevol bos voor vleermuizen is ook mooi
om in te wandelen. Nog fraaier zou het zijn om het
kleinschalige cultuurlandschap in de grensstreek
te herstellen. Zo keert een prachtig landschap
met belangrijke functies terug, met kansen voor
waterwinning, natuur en recreatie. Waterwinbedrijf
Evides en Het Zeeuwse Landschap gaan hiervoor
onderzoeken wat de mogelijkheden zijn, zowel in als
buiten het waterwingebied. Ook u kunt vleermuizen
helpen. Dit kan door het aanplanten van bomen
en struiken, maar ook door het ophangen van
vleermuiskasten. Hang altijd meerdere kasten op, want
de vleermuizen verhuizen vaak.
A. Wieland is beheerder van het waterwingebied
Clinge-Sint-Jansteen van stichting
Het Zeeuwse Landschap
Mopsvleermuis.
(Alex Wieland)
Holen, spleten en
loszittend schors in
bomen vormen dé
schuilplaatsen voor
de mopsvleermuis.
(A. Wieland)