'""*n
POELENBEHEER
Om te voorkomen dat de poelen waar boomkikkers
zich voortplanten binnen enkele jaren dichtgroeien
met soorten als riet, lisdodde en wilg, worden
runderen ingezet. Die grazen gedurende het
seizoen de oevervegetatie kort. Door de jaren
heen is gebleken dat bij voldoende begrazing
gedurende het weideseizoen de poelen tussen de
vijf tot tien jaar geschikt blijven. Vervolgens moeten
ze opgeschoond worden. Dat wordt zorgvuldig
gepland en gespreid over de jaren, zodat er altijd
ruim voldoende geschikt voortplantingswater is.
Machinale schoning van de poelen vindt plaats in
september en oktober, de voor amfibieën meest
geschikte periode.
BOOMKIKKERKOREN
De boomkikkermannetjes vormen bij het
voortplantingswater koren. Deze laten zich, vooral
op de warmere avonden (vanaf 15 °C), tot op een
kilometer afstand horen. Dat doen ze vanaf een half
uur voor tot enkele uren na zonsondergang. De roep
is een ritmisch 'kê(k)-kê(k)-kê(k)'dat de kikkertjes
enkele malen per seconde herhalen.
y ml
Cadzand Bad v»
Herdijkte Zwartepolder
Leopoldpoider
Verschepolder
S( «.I
Zwinpolder
Oostburg
nuiaen
Sluis r
Bordeelschans
.Havenpolder
Olieschans
Kruisdijkschans
I-10
II-50
51 - 100
100 - 500
500
VERVOLGBEHEER: NATUURGEBIEDEN VERBINDEN
In West-Zeeuws-Vlaanderen werkten we de afgelopen
vijftien jaar met vele partners vooruitstrevend
samen aan het uitvoeren van meerdere
natuurontwikkelingsprojecten die deel uitmaken
van het Natuurnetwerk Zeeland. Dit netwerk van
bestaande en te realiseren natuurgebieden in
Zeeland beëindigt de versnippering van de natuur en
vergroot de overlevingskansen van zeldzame dieren
en planten. Het uiteindelijke doel was daarmee ook
om de geïsoleerde leefgebieden van de boomkikker
met elkaar te verbinden. Dat maakt de populatie
veel minder kwetsbaar. In deze nieuw aangelegde
ecologische verbindingszone heeft de boomkikker
zich definitief gevestigd. Na een voorzichtig
populatieherstel in de laatste jaren van de vorige
eeuw, er waren toen in totaal circa driehonderd
exemplaren, gingen de diertjes letterlijk en figuurlijk
met'sprongen'vooruit.
STAP VOOR STAP
In aaneengesloten natuur kunnen de boomkikkers
zich ongehinderd verplaatsen van het ene naar het
andere gebied. Dat gebeurde in eerste instantie
met name rond Retranchement, zoals in de Willem
Leopoldpoider (2003) en de Zwinpolder (2006).
Later, verder naar het zuiden, koloniseerden de
kikkertjes de Aardenburgse Havenpolder (2009)
en de compensatienatuur van de rondweg van
Aardenburg (2012). De migratie van deze amfibieën
zette onverminderd door. In 2012 werden de eerste
boomkikkers rond de Wallen van Sluis en St. Anna
ter Muiden gehoord.
Ook over de grens, bij onze Belgische collega's
van de Zwinduinen, gaat het goed. Nooit eerder
zijn daar zoveel als in 2017 geteld, namelijk ruim
duizend roepende mannetjes. Dat natuurgebied
is door het gevoerde beheer en beleid min of
meer uitgegroeid tot één groot leefgebied voor de
boomkikker, waar overigens ook andere soorten
amfibieën, vogels, kleine zoogdieren, vleermuizen
en insecten zich prima thuis voelen.
In de voortplantingsperiode van april tot eind
mei gaan vrijwilligers elk jaar op pad om de
diertjes te tellen. In deze periode laten de
mannetjes hun karakteristieke roep horen als
de schemering invalt. Tijdens het roepen zitten
ze meestal in ondiep water of aan de oever van
een poel. In mei 2017 telden vrijwilligers in alle
West-Zeeuws-Vlaamse gebieden tegelijk de
roepende mannetjes. Er zijn maar liefst ruim 2500
roepende boomkikkermannetjes genoteerd.
Tegen de'zuchtende'dorpsbewoners die in de
voorjaarsmaanden gebukt gaan onder alle geluiden
zeg ik wel eens gekscherend: "Als jullie echt niet
meer kunnen slapen van al die herrie, hebben wij
ons werk heel goed gedaan!"
F. Schenk is hoofd terreinbeheer Zuid van stichting
Het Zeeuwse Landschap
Roepend
mannetje.
De verspreiding
van de Zeeuws-
Vlaamse boom
kikkers in 2017.
ZEEUWS
-7-LANDSCHAP