z Tekst: Carolien van de Kreeke Illustraties: Herman Nauta, www.hermannauta.nl Wannes en Keetje wandelen langs de binnenweg, net buiten het dorp. Ze zijn op weg naar de boerderijwinkel, om appels te kopen. Het is mooi weer. Wannes heeft zijn korte broek aan. Ze vinden het fijn dat het weer voorjaar is. "Hoor je de vogels zingen?", vraagt Wannes aan Keetje. Ja, natuurlijk, dat is Keetje ook al opgevallen. In de winter hoor je ze bijna niet, maar in het voorjaar laten ze hun vrolijke gefluit overal horen. Ook de eerste bloemen komen uit het gras tevoorschijn. "Kijk, daar, een haas die over het land rent!" Keetje kijkt, maar ziet niets. Wannes ook niet meer. De haas lijkt helemaal verdwenen. "Ja, daar, daar rent'ie weer", zegt Keetje, terwijl ze met haar vinger wijst naar de haas die over het land sprint. Het dier is bijna niet te zien door zijn prima schutkleur. Hij is grijsbruin, net als de kleur van de grond. Alleen zijn staart wipt als een wit pluimpje op en neer. Ineens maakt hij een scherpe bocht naar rechts en verdwijnt uit het zicht. Wannes en Keetje blijven nog even staan om te kijken of hij weer ergens tevoorschijn komt. Maar nee, hij laat zich niet meer zien. "Wat kan die hard rennen, hè?!", merkt Wannes op. Dat is absoluut een feit. "Zullen wij ook eens even een sprintje trekken?", stelt Keetje voor. Maar daar heeft Wannes geen zin in. Hij heeft wel een ander idee: "Haasje over! Vind je dat leuk?" Nou, dat vindt Keetje zeker leuk. En zo springen ze langs de akkers, op naar de winkel. O Ken jij het gezegde'een hazenslaapje doen'? Dat betekent datje overdag even heel kort slaapt. Tegenwoordig noemen we dat ook wel een 'power nap'. O O O O nachtdier. Overdag is hij dus niet zo actief, dan ligt hij vaak platgedrukt tegen de grond, voor of in zijn leger. O Hazen kunnen met hun grote oren uitstekend horen. Dat komt ook omdat ze hun oren kunnen bewegen naar de richting waar het geluid vandaan komt. Ook kunnen ze heel goed ruiken. Een haas heeft een kort staartje. Dat noemen we een 'pluim'. Die is zwart van kleur, maar de onderzijde is wit. Hazen zijn snelle renners. Ze halen een snelheid van wel zestig kilometer per uur! Bijzonder is dat ze tijdens het rennen scherpe bochten kunnen maken om aan hun vijand te ontkomen. Hazen zijn zo snel dankzij hun lange poten. De achterpoten zijn langer en hebben meer kracht dan de voorpoten. Iedere poot heeft, net als bij ons, vijf tenen. Een haas lijkt veel op een konijn, maar is groter. Hij heeft ook langere oren, langere poten en beweegt zich meer met sprongen voort. Een konijn graaft een hol in de grond. Een haas houdt het simpeler: hij maakt een eenvoudig kuiltje in het gras. Zo'n vaste ligplaats heet een 'leger'. Daar ligt'ie vaak overdag, want het is vooral een ZEEUWS-iZ3 - LAN;

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2018 | | pagina 12