IN ORANJEZON Oranjezon kennen velen als het duingebied met een grote variatie aan landschappen en waar duinvalleien, struwelen, dennenbossen en vergezichten elkaar afwisselen. Deze afwisseling, de goede kans om er herten te zien en de relatieve beslotenheid maken het aantrekkelijk om er te-wandelen. Toch verandert er de laatste en komende jaren nogal wat in Oranjezon, door flinke ingrepen. Niet zonder goede redenen uiteraard. Door Huibert Simons Plaggen in Oranjezon om kleinschalige verstuiving te stimuleren. (G. Wösten) Koniks dragen dankzij hun gegraas bij aan het open houden van het duin. (N. de Groot) De belangrijkste ingrepen zijn het verwijderen van de struwelen van Amerikaanse vogelkers en het lokaal op gang brengen van verstuiving. Dit is nodig om de oorspronkelijke natuurlijkheid van de duinen enigszins te laten terugkeren. Want hoewel de tegenwoordige duinen van Oranjezon in landschappelijk opzicht fraai zijn en ons beheer ook zeker zijn vruchten heeft afgeworpen, is het dynamische duinsysteem verdwenen en staan de natuurwaarden die daaraan verbonden zijn onder druk. AMERIKAANSE VOGELKERS De meest in het oog springende maatregel die we in Oranjezon uitvoeren is het weghalen van de Amerikaanse vogelkers. Deze invasieve exoot doet het door de vele meststoffen die er door de lucht ZEEUWS-6 terechtkomen veel te goed. De grotere exemplaren met veel kersen halen we als eerste weg, om verdere verspreiding te voorkomen. In graslanden rooien we ze met een kraan, waarna begrazing ervoor moet zorgen dat er geen nieuwe terugkomen. Eerst komt tweemaal per jaar de schaapskudde langs om zaailingen af te grazen. Daarna houden runderen en paarden de begrazing bij. Bij struwelen die voor het overgrote deel uit Amerikaanse vogelkers bestaan halen we na het rooien ook de zode weg; plaggen dus. In droge omstandigheden ontwikkelt het geplagde deel zich geleidelijk aan naar duingrasland. Daar waar voorheen een stuifkuil lag, zou het zand weer kunnen gaan stuiven. Begin 2018 heeft het plaatselijk inderdaad flink gestoven. Het komt ook voor dat vochtige duinvalleien dichtgroeien. Na verwijderen van het struweel en plaggen ontstaat een natte duinvallei waar in de winter water in staat. De afgelopen jaren is heel veel (vogelkers)struweel opgeruimd en het landschap plaatselijk flink veranderd. De komende jaren gaan we hier systematisch mee door. OORZAKEN VAN VERSTRUWELING De zogenaamde verstruweling is door een aantal factoren ontstaan. Eén daarvan is de dramatische achteruitgang van de konijnenstand in de jaren vijftig van de vorige eeuw. Konijnen hielden de duingraslanden kort en open, en knaagden zaailingen van struweel en bomen af, waardoor soorten als walstra, driedistel en duinviooltje er konden groeien. Ook de tegenwoordig zachte en vochtige winters vormen een factor: planten hebben een langer groeiseizoen. Daarnaast kwamen er strengere milieuregels voor de waterwinning in Oranjezon, waardoor op een gegeven moment met begrazing door vee gestopt is. Een andere belangrijke oorzaak van verstruweling is de enorme toename van meststoffen uit de lucht, vooral stikstofverbindingen. Van vijf kilo per hectare per jaar zo'n honderd jaar geleden tot wel dertig kilo nu. Stikstof in de vorm van ammoniak leidt tot het oplossen van kalk in de bodem. Daarbij komt fosfaat vrij en samen met het stikstof leidt dat tot extra plantengroei, onder andere van de Amerikaanse vogelkers. Niet alle oorzaken van de verstruweling kunnen we tegengaan. Zo heeft de konijnenstand zich ondanks diverse onderzoeken en proeven nog steeds niet hersteld. Maar inmiddels is de waterwinning gestopt en zijn er weer paarden en runderen in de duinen van Oranjezon. KALK In de open duinen van vroeger werd kalk aangevoerd vanuit zee, met stuivend zand van het schelprijke strand en uit de buitenste duinen. Met het vastleggen van de duinen met helm en de latere verstruweling is dit natuurlijke mechanisme uitgeschakeld. Door plaatselijk de verstuiving weer op gang te brengen 'verjongt'het duin en krijgen de soorten van duingrasland meer kans. Dat betekent ook dat er weer meer blonde duinen gaan komen, net als vóór de jaren '50. De botanische en geomorfologische variatie in het duingebied zal dus toenemen, met organismen die bij jonge en meer open duinen horen. PAS De meeste maatregelen voeren we uit in het kader van de Programmatische Aanpak Stikstof, kortweg PAS genoemd. De PAS is een gevolg van de Europese Habitatrichtlijn. Het omvat landelijke afspraken over de vermindering van stikstofuitstoot in samenhang met het creëren van zowel ruimte voor economische groei als herstel van natuurwaarden in Natura 2000-gebieden. Oranjezon is onderdeel van het Natura 2000-gebied Manteling van Walcheren. In het kort komt het er op neer dat er door het milieubeleid een daling van stikstofuitstoot is voorzien. In de PAS wordt die daling deels tenietgedaan door het toestaan van extra uitstoot door nieuwe bedrijven of uitbreidingen. Om toch de Europese natuurdoelen te bereiken moeten we maatregelen nemen om de bedreigde natuurwaarden te vergroten. Ook in Oranjezon is er nog steeds een teveel aan stikstof in de lucht en zijn de maatregelen dus noodzakelijk. De komende jaren zullen de werkzaamheden door blijven gaan, op een schaal die past bij Oranjezon. Ondertussen willen we dit natuurterrein uiteraard geschikt voor alle organismen die er voorkomen én aantrekkelijk voor onze bezoekers houden. Het beheer is dan ook een hele puzzel. H. Simons is districtshoofd Noord van stichting Het Zeeuwse Landschap Foto links: Oranjezon in de jaren tachtig van de vorige eeuw, toen het zand er nog meerstuifde. (ZB\ Planbureau en Bibliotheek/ Beeldbank Zeeland) Duinviooltje. (H. Huige)

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2018 | | pagina 4