van Terra Maris HERKOMST VAN ONZE OPGEZETTE DIEREN Opgezette kauwtjes in het 'open depot'. (J. Tuin) UIT Di COUI Regelmatig krijgen wij de vraag of wij de opgezette dieren in onze collectie zelf geschoten of op een andere wijze doodgemaakt hebben. Uiteraard niet! Het lijkt mij daarom goed om hier eens aandacht aan te besteden. Het overgrote deel van de collectie is afkomstig via giften van bezoekers, wandelaars of buurtbewoners. Deze bevestigen ze dan in een zakje aan de deur van het museum, laten ze achter op de waterput naast de ingang van het personeel of leggen die op de balie van het museum. Vaak zijn het vogels die tegen een raam vlogen of dieren die jammer genoeg slachtoffer van het verkeer werden. Een kleiner deel van de dieren krijgen we binnen door onze goede relatie met Het Zeeuwse Landschap. Omdat in hun terreinen veel inventarisatiewerk plaatsvindt, zijn medewerkers er vaak in het veld te vinden. Dan loop je wat sneller de kans om eens een dood dier aan te treffen. Wat ook helpt is als mensen je een beetje kennen. Vogelaars bellen geregeld mijn collega Erik en mij met de vraag of wij nog een bepaald dood beestje willen hebben; bijvoorbeeld de kuifaalscholver die op deze plek in de vorige edtie van Zeeuwslandschap aan bod kwam.Tot slot belt preparateur Wim Phaff ons een enkele keer met de mededeling dat hij nog wat moois in de aanbieding heeft. Zoals in het geval van onze zwarte wouw. Behalve in het laatste geval controleren wij bij alle giften of er bij de dieren sporen zijn van opzettelijke dood. In dat geval nemen wij die uiteraard niet aan, maar tot nu toe is dat nog nooit gebeurd. Na ontvangst bewaren wij de dieren in de vriezer. Daar blijven ze een tijdje totdat er een bestemming voor is. Wij hebben namelijk niet de ruimte, noch het budget om alle binnengebrachte dieren op te laten zetten. Daarom maken we een eerste schifting. We behouden de dieren waarvan wij inschatten dat we ze (op termijn) kunnen laten opzetten. Op het moment dat een vogel binnenkomt die wij nog niet in onze collectie hebben en er is budget voor laten wij het beestje opzetten, waarna het na een tijdje te bewonderen is in onze collectie. Als museum zijn wij vanzelfsprekend gebonden aan de regelgeving. Dat begint al bij een ontheffing die nodig is om een dood beest te mogen vervoeren van en naar het museum. Ook zijn wij verplicht een registratie bij te houden van onze collectie. Zelfs als wij een preparaat zouden afstoten, kunnen wij dit niet zomaar doen. Mocht u nou onze collectie opgezette dieren van dichtbij willen bewonderen, dan adviseer ik u een rondleiding op onze zolder. Op de activiteitenagenda op terramaris.nl staat wanneer we de rondleidingen door dit'open depot'geven. Jan Tuin ZEEUWS -18 - LANDSCHAP -^'Door Lucien Calle Het natuurterreintje is niet altijd bebost geweest. Halverwege de vorige eeuw was er voornamelijk duindoornstruweel, dat geleidelijk in de jaren zeventig tot een gesloten duinbos uitgegroeid was. Later zijn er bomen gekapt en open grazige plekken aangelegd, evenals de twee poelen. Sinds 1995 zijn deze duingebiedjes in eigendom en beheer bij Het Zeeuwse Landschap. Het contrast datje daar ervaart is enorm. Middenin het gebied staand, met rondom je de mooiste soorten, ben je slechts enkele meters verwijderd van de drukst bereden straat van deze badplaats. In de zomerperiode kunnen daar continu auto's langs komen rijden. Alleen in de vroege ochtend, als alle toeristen nog op bed liggen, kan je hier in alle rust de nachtegaal en de zomertortel horen zingen. Hoewel de terreintjes erg klein zijn, hebben ze een verrassend hoge biodiversiteit. Zo zijn er wel De geringe omvang en de ligging zo dicht tegen de dorpskern geven ook wat problemen. Zo wordt er regelmatig tuinafval gedumpt en vanuit de aanpalende plantsoenen kruipen er steeds weer exotische planten het gebied in.Toch hecht Het Zeeuwse Landschap aan dit soort kleine gebiedjes. Zolang wij het beheren zal hier immers geen parkeerplaats komen of nieuwbouw plaatsvinden. Daarnaast vormen dergelijke kleine gebiedjes een soort van 'stapstenen'voor de natuur. Dit gebiedje is zo een verbindende schakel tussen de natuur van het Zwin en de Verdronken Zwarte Polder. Ga er gerust eens kijken. In het deelgebiedje aan de zuidwestzijde kan je een rondje rond de poel lopen. Op een mooie zomerse dag dansen de libellen boven de poelen en geurt het er heerlijk naar tijm. L. Calle is medewerker ecologie van stichting Het Zeeuwse Landschap Orchideeën sieren in het voorjaar de oever van een poel in het natuurterrein Boulevard de Wielingen. (E Stikvoort) In Cadzand-Bad, pal langs Boulevard de Wielingen, ligt een natuurterrein met dezelfde naam. Het bestaat uit twee kleine delen, die dicht bij elkaar liggen en samen slechts 0,573 hectare beslaan. Het reservaatje maakt deel uit van een groter duingebied. Het bestaat voor het grootste deel uit duinbos. In beide percelen is er een poel en zijn er open vegetaties die we met hooibeheer in stand houden. honderdzestig plantensoorten waargenomen, waaronder botanische pareltjes als grote tijm, grijskruid, rietorchis en boksdoorn. In de poelen groeit breekbaar kransblad, een kranswier. De hoge soortenrijkdom is een direct gevolg van de gunstige ligging onderaan een steile duinhelling. Daar kwelt zuiver duinwater naar de oppervlakte. ZEEUWS-19-LANDSCHAP

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2018 | | pagina 10