NIEUWE BROEDVOGEL VOOR ZEELAND! •Door B^pijn Calle Afgelopen voorjaar was het eindelijk zover: een zeearendkuiken kwam uit het ei in de Slikken van de Heen. Het was een spannend moment waar vele natuurliefhebbers in de provincie al lang naar uitkeken. Met deze vestiging is de Zeeuwse natuur weer een stukje completer. In onze waterrijke provincie vol watervogels en vissen voelt deze toppredator zich helemaal thuis. Een volwassen zeearend is tot wel 92 centimeter groot en kan 3,1 tot 7,5 kilo wegen. De vleugelspanwijdte is 2 tot 2,5 meter; daarom wordt deze roofvogel ook wel de'vliegende deur' genoemd. De arend kan tot twintig jaar oud worden. De grote, gele snavel, de diep'gevingerde' vleugels en de witte staart zijn kenmerkend. Jonge vogels hebben echter nog geen witte staart. Sinds het eerste broedgeval in Nederland in 2006 (Oostvaardersplassen) groeit de populatie gestaag. In 2017 waren er elf paren en de groei zet zich door. KUNSTNEST Sinds een jaar of zes worden er in het Krammer- Volkerak overzomerende zeearenden gezien. Dat is een teken dat het gebied in potentie geschikt is. Er leek echter een knelpunt te zijn: weinig tot geen geschikte bomen op de kansrijke locaties. De grotere bomen in de gebieden van Het Zeeuwse Landschap - de Slikken van de Heen en de Plaat van de Vliet - bevonden zich te dicht bij de wandelpaden en wegen. Wij plaatsten daarom in 2013 een kunstnest in een jonge boom, om de arenden te verleiden er zich te vestigen. Al snel toonden de vogels interesse in het nest, maar het duurde tot dit jaar voor het eerste broedgeval plaatsvond. Niet eerder broedden er in Nederland zeearenden in een kunstnest. BROEDFASE In november 2017 begon het paartje zeearenden het kunstnest op te bouwen. Wij namen direct maatregelen om ze zo min mogelijk te verstoren. Diverse beheermaatregelen in het gebied stelden we uit, het toezicht werd opgevoerd en diverse vogelaars volgden het nest intensief. Zeker in de weekenden en vanaf de broedfase had het nest veel bekijks. Het was met een telescoop goed te bekijken vanaf de Philipsdam. Op 13 april was het zover: het gedrag van de ouders verraadde dat er een jong geboren was. Pas na enkele weken was het te zien, maar lang bleef onduidelijk hoeveel jongen er waren. Op 22 mei ringden we samen met de Zeearend Werkgroep Nederland de jonge arend. Dankzij de kleurringen met code (af te lezen met een telescoop) kunnen we hem blijven volgen. Het jong, dat voor het ringen voorzichtig uit het nest is gehaald, is ook opgemeten. Zo kon ook het geslacht bepaald worden: een mannetje van 4,1 kg. In het nest lagen prooiresten van onder andere brand-, grauwe en Canadese gans. Het jong is direct in het nest teruggezet, waarna de ouders al snel de zorg weer op zich namen. Op 25 juni is het jong uitgevlogen. VADER WAS VERGIFTIGD De vader van het jong is in 2014 in de Biesbosch geboren. In 2016 vond onze boswachter hem stervend door vergiftiging in de Slikken van de Heen. Dankzij de goede zorgen van het vogelrevalidatiecentrum in Zundert redde de vogel het en kon hij weer worden vrijgelaten. De moeder heeft ook een ring, al het is nog niet gelukt om deze te lezen. Hopelijk lukt dit binnenkort, zodat we ook meer over haar te weten komen. TOEKOMST De kans is groot dat het paartje de komende jaren hetzelfde nest in de Slikken van de Heen blijft gebruiken. Zeearenden zijn behoorlijk honkvast en al helemaal wanneer het nest succesvol was. Op termijn zijn er zeker meer vestigingen in en rond Zeeland te verwachten. Zo zitten er momenteel al onvolwassen paartjes in het Markiezaat en het Grevelingenmeer. Ook elders in de provincie lijken er kansen te zijn in gebieden zoals Saeftinghe, het Veerse Meer, de Braakman en het Groot Eiland nabij Hulst. Aan voedsel is er in Zeeland geen gebrek, dankzij de vele watervogels en de visrijke wateren. De beperkende factor is met name de rust. Het is namelijk van groot belang de slaapplaatsen en nestlocaties niet te verstoren. Verstoring treedt al op vanaf een afstand van 500-1000 meter. Het is dus noodzakelijk om kansrijke delen van natuurgebieden af te sluiten voor het publiek en voldoende toezicht te houden. Alleen zo kan deze imposante roofvogel zich op nieuwe locaties vestigen. Andere riscofactoren voor uitbreiding in Zeeland zijn de vele windmolenparken langs de deltawateren en vergiftiging. Doordat deze vogels zich pas op late leeftijd voortplanten, vanaf 4-5 jaar, en gemiddeld slechts twee jongen per jaar krijgen, mag er maar weinig sterfte bij de jongen plaatsvinden. VISAREND EN ZWARTE WOUW Mogelijk komen nog meer nieuwe roofvogelsoorten in Zeeland tot broeden. Sinds 2016 broedt de visarend weer in Nederland. Dit jaar zagen we ze voor het eerst in het Krammer-Volkerak overzomeren. We hopen dat ze binnen niet al te lange tijd het voorbeeld van de zeearend zullen volgen. Ook de vestiging van de zwarte wouw is op termijn te verwachten. In 2016 toonde een paartje eventjes interesse in het Verdronken Land van Saeftinghe. De komst van de grote roofvogels is een mooie ontwikkeling in een tijd waarin slecht natuurnieuws overheerst! Wij bedanken Dirk van Straalen, Rob Mulder, Jan Putters, Adri Clements, Esther Linnartz en Ron Brouwer voor het goed in de gaten houden van het arendenpaar en het direct melden van bijzonderheden. P. Calle is medewerker ecologie en kwaliteitszorg van stichting Het Zeeuwse Landschap 7-LANDSCHAP Het zeearendjong krijgt op de grond een ring. (C. Jacobusse) ZEEUWS-6-LANDSCHAP ZEEUWS Het broedpaar van de Slikken van de Heen. (C. Jacobusse) Foto links: De auteur bij het zeearendnest. (C. Jacobusse) Het eerste in Zeeland geboren zeearendjong. (C. Jacobusse)

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2018 | | pagina 4