Tekst en foto: Carrie Frederiks Wilt u zichzelf voorstellen? "Mijn naam is Kees Reijngoudt. Aanvankelijk werkte ik bij een boer: niet als knecht, maar als arbeider. Later was ik in dienst bij een loonwerker. Daar voerde ik drainagewerkzaamheden uit, deed parkendienst en legde graven aan. Vervolgens werkte ik voor het Waterschap Tholen dat in 1996 is gefuseerd tot Zeeuwse Eilanden, het latere Scheldestromen, maar toen was ik al uit de running." Waarom heeft u ervoor gekozen de Krabbenkreek te bezoeken? "Ik was met een groep wandelaars mee. Het is een mooi gebied: het water gaat op en af. Het is hier altijd in beweging en anders. Het verveelt nooit. Je ziet dat de geulen, mede door de zandhonger, steeds verder verzanden en dat het slikkenlandschap beetje bij beetje verandert." Wat is er veranderd? Vroeger waren de dijken een stuk lager. Er moest dikwijls schade worden hersteld. Na een storm lagen de basaltblokken soms tot bovenop de dijken. Die zijn nu veel veiliger, maar na een storm ga ik nog altijd kijken of er niets gebeurd is. De Oosterschelde zelf is hier zo'n bfeetje gebleven zoals die was. Op andere stukken is meer veranderd. Toen de Krabbenkreek nog in open verbinding stond met de Biesbosch was het water brakker, zoeter dan nu. Er waren nog geen oesters: die zijn pas na de sluiting gekomen." Heeft u nog wensen voor het gebied? "Een stukje terug ligt geen asfalt. Als daar geasfalteerd zou worden, zou dat voor mij prettig zijn. Dat doen ze niet vanwege de vogels. Die broeden daar niet, maar ze eten er wel. Ze gaan echt niet weg. ledereen staat er altijd van te kijken hoeveel vogels er zitten. Soms zijn er honderden ganzen. Die vogels zijn zo onstrant: die blijven gewoon zitten." C. Frederiks is journalist en fotograaf Wandelen en fietsen langs de Deltawateren heeft een enorme vlucht genomen. Fijn dat zoveel mensen van ons buitendijkse landschap genieten. Maar er zijn stukjes die te kwetsbaar zijn om open te stellen. Het klopt dat veel vogels zich weinig van passanten aantrekken. Maar het is evenzeer waar dat er soorten zijn die langs opengestelde zeedijken niet voldoende rust vinden. Dat geldt zeker voor broedvogels óp de dijken, zoals plevieren en scholeksters. Het is Kees Reijngoudts grote wens dat het hele pad langs de Krabbenkreek wordt geasfalteerd. ZEEUWS-5 -LANDSCHAP

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2019 | | pagina 5