Bij goed gebruik en een ideaal geslepen en gezette zaag kan als het uare een direkt duel aangegaan worden met de motorzaagZo snel en goed zaagt de jiri door het hout. Een goed gebruik wil dan in de eerste plaats zeggen: trekkend. Haar ook is het nodig de zaag stevig en krachtig te hanteren en met fikse rukken naar je toe te halen. Daarom is een goede positie van het grootste belang* Sta je ongelukkig op een ladder of kun je er maar net bij, dan wordt het eerder een lijdensweg. Het handvat van de jiri kun je met beide handen vasthouden; gebruik de armspieren en probeer je rug te ontzien! Betanding De betanding is al even ter sprake gekomen: heel grof en een ruime zetting. Zetting: een zaag mag natuurlijk niet vastlopen in de zaagsnede. Daarom worden de tanden om en om naar buiten gebogen zodat de zaagsnede iets breder wordt dan het zaagblad zelf. Bij de jiri is dit 0,4 mm. Dus de ene tand wordt 0,4 mm. naar links verbogen en de volgende naar rechts, enzovoorts. Betanding: ten opzichte van de gewone hobbyzaag, die tanden heeft van hooguit 2 mm. (een ijzerzaag nog niet eens 0,5 mm.), zijn de tanden van de jirizaag extreem groot; 12 mm. hoog. Van groot belang is de manier waarop deze geslepen zijn. Het gaat er niet alleen om dat de zaag scherp is, veel belangrijker nog zijn de 16 hoeken, waaronder de zogenaamde tophoek, scherphoek en voorf1ankhoek geslepen zijn. Er is precies omschreven hoe groot deze dienen te zijn om een optimaal resultaat te bere i ken Zoals bij ieder gereedschap geldt ook voor de jirizaag dat er beperkingen aan zitten. Hierboven omschreven is de jiri gebruikt als zaag om takken van de knotwilg af te zagen. Eigenlijk is dit ook het enige wat je ermee kunt doen. Ten eerste is wilgehout erg zacht, het zaagt heel gemakkelijk. Probeer maar eens een stukje acaciahout te zagen en je weet precies wat ik bedoel. De grove betanding en zetting maken de jirizaag ongeschikt voor het zagen van hard hout. Een uitzondering zou ik willen maken voor de hoogstamfruitbomenBij het snoeien hiervan kan een jiri nog wel eens handig zijn, met name vanwege zijn grote reikwijdte. Vanaf de ladder kun je nog net bij die ene tak aan de buitenkant van de kroon waar je met een andere zaag niet meer bijkunt. Het moeten dan wel redelijk dikke takken zijn, anders gaat de zaag "springen" en ontstaan uiterst slordige zaagwonden. Ten tweede moet het te zagen stuk hout stevig vast zitten omdat je de zaag krachtig moet kunnen hanteren. Het meteren van takken die al op de grond liggen kun je dan ook beter met een beugelzaag doen. Je steekt evenveel energie in het stilhouden van de tak als in het zagen zelf. Bovendien heeft de jirizaag een ruime zetting, twee keer zoveel zelfs als de beugelzaag die hooguit 0,2 mm. gezet is. Met 17

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 1991 | | pagina 10