REDACTIONEEL
In ons lentenummer starten ue met een reeks
over dieren, uaar ue in natuur- en
landschapsbeheer meer rekening mee kunnen
houdenSoms door het beheer aan te passen
soms door voorzieningen te treffen, zoals
houtmijt en vogeluiguam Czie vorig nummer).
Kamsa1amander en Vlinder uorden in het
zomernummer gevolgd door Steenuil en
V1eermu i s
Uerkgroep Landschapsverzorging kon uorden
achterhaald door onze vliegende reporters:
hun verhaal in 'dossier'.
Op de valreep belicht Peter Maas de
onvolprezen jirizaag; na het snoeien ermee
kunnen de zomermaanden uorden benut om het
vijluerk onder de knie te krijgen. Tenslotte
beginnen ue met ingang van dit nummer met een
agenda, die aansluit bij ons praktijkuerk
DE KAMSALAMANDER
Uiter1 ijk
De kamsa1amander is de grootste van de vier
in Nederland voorkomende uatersa1amandersDe
vrouutjes kunnen soms uel tot 18 cm. groot
uorden. Je kunt de Kamsa1amander herkennen
aan zijn donkerbruine tot zuarte bovenlijf.
De buik is echter fel oranjerood tot -geel en
bezet met zuarte vlekken. Opvallend bij dit
dier zijn de imposante, getande rug- en
staartkam, die overigens alleen bij mannetjes
en dan nog alleen in de paartijd te zien
zijn. De larven zijn te herkennen aan hun
zeer lange, dunne vingers en tenen. Hun
staartvlag is bezet met vlekjes. Aan het
uiteinde loopt de staart enigzins draadvormig
uit.
3