—wat voor beheer moet je voeren Diverse praktische voorbeelden worden door vrijwilligers/eigenaren toegelicht op de band (aanleg poelen, aanleg natuurbos en ontwikkelingen in de loop der jaren, ontwikkelingen in een wijknatuurtuin). Al gemeen Natuurontwikkeling voor beginners? Dat ziji wij toch niet, beginners! Dat hebben we dan mooi mis volgens het voorwoord in het boekje, het woord *beginnen' staat hier voor: aan de slag gaan. Dan past het al een stuk beter: aan de slag gaan zien we wel zitten. Natuurontwikkeling betekent hier niet in de eerste plaats grootschalige projecten, zoals ontwikkeling Neeltje Jans o-f Oostvaardersplassen, maar het gaat over de gewone leefomgeving waar wij dagelijks mee te maken hebben, waarin we wonen, werken en wandelen, dus eigen erf of tuin, stadspark of recreatiebosje, en over mogelijkheden die er zijn om deze dagelijkse leefomgeving een hogere natuurwaarde te geven. Het aardige is dan ook dat zo ongeveer iedereen wel een bijdrage kan leveren als eigenaar of vrijwilliger. In het boekje, dat zeer ruim is voorzien van praktijkvoorbeelden, wordt ingegaan op: -welke natuur kun je ontwikkelen —hoe kun je een nieuw natuurterreintje inrichten 4 Het wordt gericht op drie doelgroepen: eigenaren, vrijwilligers en de overheid. In een inleiding wordt ingegaan op voor de hand liggende vragen als: wat is natuurontwikkeling, waarom zouden we natuur ontwikkelen, welke natuur ontwikkelen we dan, hoe gaan we te werk. üp de laatste twee vragen wordt in een hoofdstuk 'uitvoering' uitgebreid ingegaan. Uiteenlopende zaken als grondverzet, ingrijpen in waterhuishouding, beheer van vegetaties en soortgerichte maatregelen passeren de revue. Zo wordt onder andere in het kort ingegaan op natuurlijk bosbeheer, extensieve begrazing van graslanden, broedgelegenheid voor vogels, voortplantingsmogelijkheden voor salamanders, gebruik van zachte specie ten behoeve van muurplanten, waarde van rommelhoekjes en takkenhopen. Drie doelgroepen In drie aparte hoofstukken wordt aangegeven wat de drie doelgroepen (eigenaar, vrijwilliger, overheid) kunnen doen. Voor de eigenaar ligt dat eenvoudig: die kan zijn of haar eigendom zodanig inrichten dat de natuur binnengehaald wordt. Het begint met het plaatsen van een vlinderstruik op het balkon, het vervolgt met het gebruiken van wilde planten in de tuin, het inrichten van een erf ten behoeve van in het wild voorkomende dieren, en het eindigt bij het volledig op de schop nemen van een terreintje om er 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 1991 | | pagina 4