dom en is fataal voor de vele insekten
en spinnen die aangeuezen zijn op een
hoge kruidenvegetatie*
Laat bij terreinen met een maaibeheer
elk jaar tenminste een tiende van het
oppervlak ongemaaid en laat dit
minstens tot eind mei van het volgend
jaar overstaan* Als de bodem niet al te
voedselrijk is en dus geen sterke ver
ruiging dreigt, verdient het aanbeve
ling ongemaaide delen zelfs 12-24 maan
den ongemoeid te laten* Het ongemaaide
gedeelte moet zoveel mogelijk strook-
vormig zijn en zoveel mogelijk ver
schillende terreingedeelten beslaan*
Hetzelfde geldt nog veel sterker bij
het afplaggen en het beheer van ruigte
vegetaties* (Maai de terreinddelen die
uél gemaaid moeten uorden zo laat moge
lijk, bij voorkeur pas na midden
november, omdat veel insektenlarven tot
laat in het najaar nog moeten kunnen
eten)* Indien dit laatste tot te sterke
verruiging mocht leiden, dan kan een
maaibeurt in de voorzomer uorden inge
last*
Laat braam- en vlierstruwelen met rust;
voorkom dat ze te sterk beschaduud ra
ken
Voer grof maaisel Criet e.d.) niet vol
ledig af, maar laat in elk geval een
deel liggen* Verbrandt het in geen ge
val
Vervang rieten daken niet door ander
dekmateriaal; vervang een oude rietbe-
24
dekking zo mogelijk niet volledig door
een nieuue»
Laat kadavers zoveel mogelijk liggen»
- Laat -niet al te ontsierende- muurtjes,
hopen puin e*d* ongemoeid; voorkom dat
ze geheel diep in de schaduw komen*
Uees zeer zuinig op merge1wanden
Laat losliggende stenen onaangeroerd*
Uees zuinig op hoogteverschillen, ook
als ze klein en ogenschijnlijk
onbeduidend zijn: bosualletjesholle
wegen, steile oevers, greppeluanden
- Zorg in elk landschapstype dat er plek
ken zijn waar de bodem (bijna) geheel
onbegroeid is en in de volle zon ligt*
Voorkom opslag op deze plekken* Bevor
der het gedeeltelijk schonen van groe
ven en ontsluitingen*
- Uees zuinig op drassige plekken, vooral
als ze door kuel gevoed uorden* Probeer
hier de uaterstand onbeïnvloed te
houden* Dit geldt ook voor kuelplekken
in ondiepe sloten en dergelijke*
Zorg dat de oeverbegroeiïng van bron
nen, beken en poelen een goede afwisse
ling biedt van schaduu- en zonplekken»
Voorkom dat er een uniform, dik blad
pakket op de bodem ontstaat*
Dit nas het derde, tevens laatste deel van dit artikel. Het is overge-
nonen uit 't Blaedje' van Stichting Instandhouding Kleine Landschaps-
eleaenten in Linhurg.
25