Ervaringen van een vrijwillige
weidevogelbeschermer
In april '95 besloot ik mee te doen aan het project vrijwillige
weidevogelbescherming. Hoe ik tot dat besluit kwam? Dat ging
ongeveer zo: Toen we met de VLP in april een dag minder gingen
werken vanwege het broedseizoen, merkte ik dat ik meer over de
vogels die in mijn omgeving leven wilde weten. Op het MEC had
ik ooit een informatiefolder over weidevogelbeheer meegenomen
waarin een opgavebon zat.
Op 13 april was de eerste bijeenkomst gepland. Hierbij kreeg
iedereen het 'handvat voor weidevogelbescherming'. Het leuke was
dat alles nog opgestart moest worden en ieder suggesties in de
richting van weidevogelbeheer liet horen. Die avond was er een
zekere Sjaak Wisse die veel boeren in de Laurensehoek kent. Een
gebied waar veel weidevogels nestelen. Hij heeft aan boeren ge
vraagd of hij het land mocht betreden en weidevogels te bescher
men zodat ze hun jongen ter wereld kunnen brengen. Op woens
dagmiddag zijn we met een ploegje het veld in gegaan om nesten te
vinden. Voor mij was dat de eerste kennismaking.
Het betrof een stuk akkerland en grasland wat later door koeien
begraasd zou worden. Ieder van ons vond een nest door het land
systematisch af te zoeken. Wat ik me herinner is het zoeken op
akkerland. De kievitsnesten liggen er open en bloot bij, maar zijn
door de schutkleuren van de eieren en strootjes moeilijk te onder
scheiden van het akkerland, zeker als ik het met een breed gezichts
veld afzoek. De plaats van een nest wat niet gemarkeerd is, is lastig
terug te vinden en vraagt ervaring. Die middag heb ik veel aan de
verhalen van Pieter Pieters gehad, hij wees bijvoorbeeld op het laag
wegvliegen van kieviten wat duidt op het bebroeden van een nest,
de baltsvlucht en de geluiden die daarbij gemaakt worden.
10
Toen ik in het veld liep dacht
ik dat er geen nesten waren
omdat het er stil en verlaten
was. Pas als je uit het veld bent
en omkijkt zie je dat de vogels
terugkeren. Zo kan de plaats
van een nest of poging worden
bepaald. Voor mij was alles zo
nieuw dat het begrijpen van
het gedrag van weidevogels de
nodige tijd kost. Daarom
probeer ik me te beperken tot
één gebied en veldwerk.
Grutto (tekening A. de Zwart)
Op de evaluatie van 3 mei heb ik Marianne Lundahl ontmoet, zij is
de coördinatrice van het project. We hebben gepraat over de
contacten tussen boeren en vrijwilligers en de aanpak van het in
kaart brengen van het teeltplan van de akkers en de nestresultaten.
Verder heb ik gevraagd om wat meer deskundige begeleiding in het
veld omdat ik vond dat ik de rust teveel verstoorde. Op maandag 8
mei zijn we in de Sint Laurensehoek de vogels gaan observeren en
hebben twee nestbeschermers geplaatst, één over het nest van een
grutto en een ander over het nest van een bonte piet. Zo'n nestbe
schermer is een soort afdakje op 4 pootjes en zo is de kans dat het
vee de nesten vertrapt kleiner. Het verbaasde mij dat de nesten er
nog lagen, want er liep al vee, terwijl de begrazing van dit stuk wei
pas later was gepland. Zo merk je dat het belangrijk is om op de
hoogte te zijn van veranderingen in de planning van de boer want
die is afhankelijk van omstandigheden.
Toen we de nestbeschermers hadden geplaatst keken we vanaf de
weg toe hoe de grutto minuten nodig had om op het nest te
komen. Eerst liep zij er omheen, toen er onderdoor en tenslotte
verdween haar kop tussen het lange gras. De bonte pieten gingen
niet direct terug naar hun nest en leek erop alsof ze het negeerden.
Een volgende keer meer!
Laurens Suurmond
11
De Boom In 2-95
De Boom In 2-95