Veldwerken Wissen door Peter v.d. Vliet, begeleider vrijwiUigersploeg SLZ Woensdag, boomfeestdag Bolussen, warme chocolademelk, groep 6,7,8. Voor de achtste keer wilgen knot ten. In samenwerking met de gemeente Veere begeleiden. Wim v.d. Kamer en ik een dertigtal kinderen. Er wordt fel ge zaagd, wat niet hoeft te betekenen dat een tak er snel afligt. Bezoek van wethouder Jaap Gelok, die ons vanuit een knotwilg toespreekt over het belang van de natuur voor mensen. Om twaalf uur zijn er tien bomen geknot. Maandag Bij station Middelburg splitsen we de ploeg. Met de 'blauwe bus' naar Colijnsplaat, wilgen knotten; met de witte bus naar Nisse. Om de struikbeplanting te bevoordelen is hier gekozen voor het vellen van 3 wilgen en omvormen tot knotboom van 2 wilgen. De knotters uit Colijn, waaronder Jet, die vandaag voor het eerst mee is, voegen zich bij ons voor de middagpauze. Samen verwerken we de inmiddels gevelde bomen tot houtril. Dinsdag Ring Kloetinge; onder leiding van Ewoud wordt een dertigtal hoog- stamfruitbomen geplant. Als duidelijk is hoe en wat, vertrekt Ewoud. Jo maakt een lijst van de aanwezige rassen zodat we peren, appels, pruimen en kersen gespreid kunnen planten en ook op plattegrond hebben waar wat staat. Met wapperende -windkracht 5- papieren, wordt ingetekend. Vele handen maken... dat we de middag nog hebben voor planten van bosplantsoen. Dit kost veel meer moeite dan anders, want op veel plaatsen stuiten we op puin en boomwortels. Humor helpt ons er door heen. door Rudie Geus, regiomedewerker SLZ Wissen is een Zeeuwse naam voor eenjarige twijgen van bindwilgen, elders in Nederland noemde men deze takken vaak teen, twijg of band. Gebruik in Nederland In het rivierengebied zijn nog grote percelen te vinden waar men jaarlijks de takken van wilgen oogst; het zijn de oude binnendijkse snijgrienden. Deze eenjarige takken worden voor vlecht- en bindwerk gebruikt. In de Biesbosch werden de snijgrienden elke twee jaar gesneden; de oogst hiervan werd hoofdzakelijk als bindmateriaal voor griendhout en riet gebruikt. Hakgrienden werden om de drie of vier jaar ge oogst, waarbij het zware hout werd gebruikt voor schopstelen, hoepstokken, bonestaken en werkpalen; het lichtere hout als vlecht- mat voor beschoeiingen. In Zeeland treffen we op diverse plaatsen nog wilgenbosjes aan die vroeger ook een hakregime 4-10 jaar) hadden. In de duinrand zijn ze vaak te vinden samen met ander hakhout zoals de elzenmeten op de Kop van Schouwen. Ook in de polders vonden we op vele natte plaatsen wilgenhakhout, wat bijna altijd om de 4-10 jaar werd afge- V zet. Hierbij kun je denken aan het oude, vaak doorgeschoten hakhout rond de Brilletjeswelen en de Zwaakse weel in de Zak van Zuid- Beveland. Geschiedenis wissen In Zeeland is er rond Kapelle ook een soort snij- griendcultuur van bindwilg geweest. Waarschijnlijk gaat hierbij om een vorm van de gele bindwilg, Duitse Dot of een kruisingsvorm, de zogenaamde "Boerendot". In het gebied rond Kapelle zijn nog enkele restanten terug te vinden van kleine snij- griendjes, hier "wissenbossen" genoemd. De Boom In 1-98 8 De Boom In 1-98 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 1998 | | pagina 6