Het hooien, knotten en plaggen:
hoofdzaak of bijzaak?
Maandag 27 april
Somber weer. Opnieuw regen. De vroege vogels waren al voor dag
en dauw wandelend de omgeving gaan verkennen. Voormiddags in
de regen ongeveer dezelfde werkzaamheden verricht. Na de middag
niet meer gewerkt. Ondoenlijk.
Mieneke Aernoutse en onze mensen Nanning-Jan en Laurens zijn bij
naburige Nederlanders advies wezen uitbrengen, i.v.m. een aange
kocht stuk dennenbos.
Na 15.00 uur naar de kuurbadplaats Vittel geweest. Nee, echt niet
om te baden, dat hadden we al genoeg gedaan! 's Avonds werd er in
de eetzaal ten voeten uit gedebateerd over alles en nog wat. De aldaar
aanwezige Nederlandse vakantiegangers werden ook in het debat
betrokken. Zij meenden zelfs hun negatieve kritiek op ons werk te
moeten spuien. We hadden, volgens hen althans, blijkbaar te veel
hout afgezet. Dit was echter voordien héél duidelijk besproken met
en de leiding van de Ecolonie en onze leiding.
Dinsdag 28 april
Voor de middag nog deels in de regen gewerkt. Pluvius bleef ons
hardnekkig zijn wil opleggen, 's Middags met enkele mensen naar
Darney geweest. Museumbezoek, inkopen in de Super-Marché, enz.
Een onzer vrouwelijke medewerksters heeft onderweg half Frankrijk
omgespit voor bloemen/plantjes. Veel mazzel gehad hoor. De Gen
darmerie had nl. een snipperdag!!! - ha-ha-ha!
's Avonds werd heftig gedebatteerd aangaande het tijdstip van vertrek
voor de volgende dag. Afgesproken werd: 8 uur ontbijt en om 9 uur
'en route'.
Woensdag 29 April
Zo gezegd, zo gedaan, tenminste??
Na ampele ditjes en datjes, uchhhhh-jes en ochhhhhjes, de zonodige
zoentjes, likjes en veegjes a la francais, kwam er tegen 9.30 uur toch
beweging in. Zo slecht het weer geweest was de laatste dagen, zo'n
fijne, uitbundig stralende zon deed ons nu uitgeleide.
Wellicht toch nog als dank voor het door de groep afgeleverde werk!
Na ons nog een 100-tal meters uit de naad te hebben gezwaaid ten
afscheid, verdwenen wij om de hoek, richting "huis".
door Sylvie Uenk, studente landbouwuniversiteit
Samenvatting van de scriptie: Het hooien, knotten en plaggen: hoofd
zaak of bijzaak? over de motieven van vrijwilligers in het natuur en
landschapsbeheer. De tekst is door de redactie letterlijk overgeno
men, er zijn alleen hier en daar tussehkoppen toegevoegd.
Boeren, rietsnyders en griendwerkers
Van oudsher zijn boeren, rietsnijders, griendwerkers en aanverwante
beroepsuitoefenaren, de beheerders van het cultuurland en sommige
half-natuurlijke landschappen.
Het beheer was in eerste instantie gericht op het verkrijgen van
produkten, zoals wilgetenen voor manden, zinkstukken en brandhout,
hout voor afrasteringspalen, riet voor dakbedekking, enzovoort. Deze
produktie is tot ongeveer de helft van deze eeuw lonend geweest.
Voor de produktie van onder andere bovenstaande artikelen zijn
andere methoden en grondstoffen gevonden en daarmee nemen de
aanvankelijke produktie-methoden thans een ondergeschikte plaats in.
Dat heeft echter ook tot gevolg dat het beheer van vele landschapsele
menten in sterke mate is teruggelopen.
Tevens zijn door de modernisering van de landbouw, waaronder de
grootschalige ruilverkavelingen veel landschapselementen verdwenen.
Door onder andere de mogelijkheid om de grondwaterstanden te
reguleren ten behoeve van de landbouw en het overvloedige gebruik
van (kunst)mest hebben veel natuurgebieden hun waarde verloren.
Ook de steeds verdergaande lucht- en watervervuiling heeft zijn
steentje bijgedragen aan de achteruitgang van de natuur en de natuur
waarden in het landschap.
De Boom In 2-98
16
De Boom In 2-98
17