De Boom In 3-98 Gelukkig had iedereen de vlindervraag goed; Het Zeeuwse dialect: een Daak of Deakje is een tureluur; een Puut is een kikker; een klinket is een klein deurtje in de grote mendeur van een boerenschuur; de dulve is een sloot; De namen van de (10) bomen en struiken zijn: - Zomereik, Meidoor, Sleedoorn, Wilde liguster, Vlier, Kweepeer, Mispel, Duindoorn, Hondsroos en Gelderse roos. Geneeskrachtige kruiden: De vraag over de midgetgolf was natuurlijk maar onzin! 6 De Boom In 3-98 Veldwerken dagboekflarden van Peter v.d. Vliet, begeleider vrijwilligers ploeg SLZ vrijdag 13 november Half uur eerder dan gebruikelijk vertrek naar Bommenede om de boot naar Veermansplaat te halen. In de stuurhut van de Bruinvis is het droog en warm; 20 minuten later rijdt de trekker van het landingsvaartuig en stappen we in de aanhanger waarmee Staatsbosbeheer ons schommelend en klotsend bij het duindoomstruweel brengt dat we gaan afzetten. Resten van moeraswespenorchis komen we regelmatig tegen; deze hoort bij de planten die bijna of helemaal verdrongen zijn door de oprukkende duindoorn. Door het zaad wat in de bodem nog aanwezig is kunnen de verdwenen planten weer terugkeren staaldraad rijshout 100 cm bovenaanzicht oeverbescherming maandag 16 november Verburg, Kortgene is eerste knotproject van onze ploeg dit seizoen. Eerst overleg over de beschoeiing van wilgehout, die het verder afkalven van de oever moet voorkomen. We komen, blijkt na aanleg, tot verbetering van de vorige methode, want steviger en minder werk. Het takhout van de knotwilgen wordt verwerkt tot 3 meter lange musterbossen op twee musterpaarden naast elkaar; van dik hout worden palen gemaakt waartussen de musterbossen worden opgesloten. Met de 7 I - j

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 1998 | | pagina 5