Natuurprojeet 't Vinkenist V'.
door Sjaak Herman, natuur-'projectontwikkelaar*
Naast al het goede werk wat Sjaak Herman tijdens z'n baan als regiomedewerker bij
SLZ voorde Zeeuwse natuur heelt gedaan op terreinen van anderen, realiseerde hij
in die tijd ook zijn eigen natuurgebied. Hieronder het verhaal van het 'Vinkenist' bij
Retranchement.
Boomkikkers
Het project behelst een natuurontwik
kelingsplan, gericht op het versterken
van de met het uitsterven bedreigde
populatie Boomkikkers (Hyla arbo-
raea) in West-Zeeuws-Vlaanderen;
deze kikkersoort is in Nederland zeld
zaam en komt met nog maar enkele
populaties in Noord-Brabant, Lim
burg, Overijssel en Zeeland voor.
Ik maakte en maak mij nog steeds
grote zorgen over het voortbestaan
van de boomkikker; jarenlang onder
zoek door IBN-DLO toonde een ge
stage achteruitgang aan, veroorzaakt
door o.a. de landbouw (omzetten van
weilanden met de daarbij behorende
biotopen in bouwland) en infrastruc
turele werken.
Nu was het wel zo, dat in West-
Zeeuws-Vlaanderen voor de Boom
kikker kansrijke gebieden aangewe
zen waren in het kader van het NBP,
maar ik was maar al te bang dat, eer
het NBP tot uitvoering was gebracht,
de Boomkikker al uitgestorven zou
zijn.
Ik stelde me t.a.v. het project een
aantal voorwaarden, nl.:
1het moest het liefst in de ecologi
sche hoofdstructuur liggen;
2. het moest zo mogelijk tussen twee
populaties liggen, en tevens een
stepping stone vormen;
3. het maaiveld moest schraal en
vochtig zijn;
4. zo weinig mogelijk aan akkerlan
den grenzen vanwege de randwer-
kingen;
5. zo dicht mogelijk bij m'n woon
plaats gesitueerd zijn.
situering vinkenist
figuur 1 Ontwerp
Welnu, na ongeveer een jaar zoeken
en navragen slaagde ik erin, op 30
juli 1993, 2,7600 ha. akkerland uit
eigen middelen te kopen, dat voldeed
aan 4 van de 5 voorwaarden.
Aan voorwaarde 3 voldeed het op dat
moment nog niet, maar wanneer de
humus- en mestrijke bouwvoor ver
wijderd zou worden, zou het er wel
aan voldoen.
Het gekochte perceel ligt namelijk in
de voormalige Zwingeul, die eertijds
Brugge en Sluis met de zee verbond,
en pas in 1864 ingepolderd werd; de
ondergrond is daardoor erg zanderig.
Ontwerp
Om nu een geschikt boomkikkerbio
toop te krijgen, is door mijzelf een
ontwerp gemaakt (zie figuur 1); hier
bij was het de bedoeling om dus het
maaiveld te verlagen, om het zo
vochtiger (van zeer groot belang voor
boomkikkers) en schraler te krijgen.
Het voortplantingsbiotoop was ge
dacht door een paar ondiepe kreek
jes met enkele diepere delen uit te
graven, overeenkomend met de
struktuur van de vroegere Zwingeul.
Het totale grondverzet werd geraamd
op ca. 10.000 m3 (ca. 7.000 m3
bouwvoor en ca. 3.000 m3 zand).
Met een aannemer uit de buurt lukte
het me om het werk zodanig uit te
laten voeren, dat deze voor de uitko
mende specie een kleine vergoeding
zou geven, waarin dan de kosten van
aanleg verdisconteerd zouden zijn.
Met deze vergoeding was ik in staat
het gebied in te richten: rondom uit-
rasteren met o.a. niet verduurzaamde
palen t.b.v. het laten beweiden door
koeien en het maken van houtrillen
voor het verwerken van snoeihout,
aanplant en bescherming van een
aantal knotbomen (soorten: Schiet-,
Kraak- en Berijpte Wilg en Zwarte
Populier) en een meidoornhaag.
De boom in 4-1999
VierhobdJvd-
beoosl
Terhof stadajtoldê'l
(•llr QSpoldêr
ifyWavtbirghapoltfai
Oh^slëpjfrspola
leente
De boom in 4-1999
O.lit
•aodifAiè ,V- «V
Qoot Q- 3'
-ii-