Hoe maakt de boomkikker het? Monitoring van amfibieën in Zeeuws-Vlaanderen De boom in 1-2000 door Winant Halfwerk, medewerker SLZ De afgelopen paar jaar zijn er in Zeeuws-Vlaanderen een paar honderd leefgebie den van amfibieën aangelegd of opgeknapt. Dit alles in het kader van het Amfibie enproject Zeeuws-Vlaanderen, waarvan SLZ de planning en uitvoering in handen heeft. Onderdeel van dit project is nagaan hoe de kikkers, padden en salamanders reageren op herstel en uitbreiding van hun leefgebied. Nemen ze in aantal toe? Hoe snel bezetten ze een nieuwe poel?.... en meer van dat soort vragen. Monitoring heet dergelijk onderzoek met een duur woord. Met deze monitoring is vorig jaar een begin gemaakt. Van de resultaten daarvan en de voornemens voor 2000 wordt hieronder verslag gedaan. Aansluiting op het Meetnet De monitoring van amfibieën in Zeeuws-Vlaanderen is een jaar na de start van het (landelijke) Meetnet Am fibieën begonnen. Dat is erg handig, want zodoende kan gebruik gemaakt worden van de monitoringsmethodiek en -handleiding, die voor het Meetnet door RAVON (Reptielen en Amfibieën Onderzoek Nederland) ontwikkeld is. De bedoeling van het Meetnet is jaar lijks informatie te verzamelen over de amfibieën in Nederland en op die ma nier inzicht krijgen in de betekenis van veranderingen in aantallen dieren en de oorzaken daarvan. Tevens probeert het Meetnet te achterhalen of bescher mingsmaatregelen het gewenste effect hebben op aantalsontwikkelingen. Kortom het Meetnet probeert precies die informatie voor heel Nederland te verzamelen, die het monitoringsproject van SLZ voor Zeeuws-Vlaanderen bo ven tafel probeert te krijgen. Voor SLZ reden te meer om ook de Werkgroep Monitoring van RAVON in de arm te nemen. Eerste stap Begin februari werden een aantal ver tegenwoordigers van 't Duumpje, de Steltkluut, Het Zeeuws Landschap, Staatsbosbeheer, RAVON en SLZ bij eengeroepen, om een plan de cam pagne voor de monitoring in Zeeuws- Vlaanderen op te zetten. Dat resulteer de uiteindelijk in het aanwijzen van een aantal gebieden ('plots') waarbinnen de aantalsontwikkelingen jaarlijks gevolgd zullen worden en een verdeling van die plots onder de aanwezigen. Daarnaast werd er een lezing en een excursie georganiseerd met als doel nog meer vrijwilligers werven voor het monitoringsonderzoek. Lezing en excursie De lezing vond plaats op de avond van 23 april en werd gehouden door Axel Groenveld van RAVON-Werkgroep. Hij vertoonde schitterende dia's van amfi bieën en vertelde daarbij een interes sant verhaal. Ook deed hij uit de doe ken hoe het monitoren van amfibieën in zijn werk gaat. De opkomst was die avond niet overweldigend, maar de ruimte in de Wereldwinkel in Terneu- zen was toch aardig gevuld. Aansluitend werd er een bezoek ge bracht aan de rugstreeppaddenkolonie in de nieuwbouwwijk in de Othenepol- der. Het was een mooi concert. De volgende dag was er een excursie. Met wat mensen van de avond tevoren De boom in 1-2000 en wat nieuwe gezichten, werd onder leiding van Axel Groenveld en Peter Maas (SLZ) een aantal poelen in de buurt van Zaamslag bezocht. In som mige drinkputten was een amfibiefuik uitgezet. In één fuik zaten meer dan 10 kamsalamanders, waaronder een vrouwtje van maar liefst 17 cm! Wat is er in 1999 onderzocht? In 1999 zijn er uiteindelijk 6 plots ge- monitoord (zie kaartje) op de manier die de RAVON-handleiding voorschrijft. De plots worden minstens 3 keer in het seizoen bezocht. Per keer worden alle wateren binnen het plot bekeken. Per water worden de aantallen van de erin getroffen amfibieën genoteerd. In één plot is van een fuik gebruik ge maakt. De plots werden onderzocht door 5 personen (1 persoon deed 2 plots). Het lag in de bedoeling om nog 5 plots te onderzoeken, maar daar is het door omstandigheden niet van ge komen. Naast de waarnemingen uit de plots zijn er nog vele losse waarnemingen doorgegeven, afkomstig uit de hele regio. Deze waren afkomstig van 5 per sonen (waarvan 1 plotmonitoorder). Veel waarnemingen zijn gedaan via fuiken en zijn van vrij laat in het sei zoen afkomstig. In totaal zijn er in 1999, binnen 48 kilo- meterhokken, 109 wateren onderzocht (zie kaartje). Hiervan lagen 14 kilome- terhokken en 50 wateren binnen plots. Een klein deel van de binnengekomen gegevens waren nog niet geheel volle dig.

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 2000 | | pagina 4