De boom in 3-2000
Westfaalse vrede en
opdringerige Fransen
Na de oorlog nemen de inpolderingen
weer een grote vlucht. De geïnundeer
de Bewester-Eede-Benoorden-St.Pie-
tersdijkpolder wordt bedijkt waarmee
de functie van de Krabbeschans komt
te vervallen. De schans wordt in 1672
verkocht om te worden gesloopt. De
Ee stroomt na deze inpoldering vanaf
Aardenburg tussen deze polder en de
Isabellapolders, via het havenkanaal
naar het Zwin. Niet alleen de Krabbé
schans, maar ook veel andere ver
dedigingswerken komen te vervallen
en worden geslecht. Eveneens in
1672 de Olieschans. Een jaar later de
Elderschans en Hans Vrieseschans.
In dat jaar wordt ook de Linie van Oost
burg opgegeven. Hoewel ook de ves
ting Aardenburg is opgeheven slagen
de Fransen er bij een inval in 1672 (het
Rampjaar) toch niet in de stad te ver
overen. De Franse koning speelt in die
tijd landjepik en tot 1678 zijn de Neder
landen in oorlog met Frankrijk. De ge
bieden rond Sluis en Aardenburg wor
den weer onder water gezet.
In het laatste kwart van de 17e eeuw
worden de wallen van Aardenburg en
Biervliet geslecht en de vesting Retran-
chement ontmanteld (de wallen blijven
liggen). In deze tijd beginnen katholie
ke landarbeiders en kleine boeren uit
de Oostenrijkse Nederlanden zich net
over de grens in Staats-Vlaanderen te
vestigen.
Rond 1700 ontwikkelt de vestingbouw
kundige Menno van Coehoorn een Ge
neraal Inundatieplan voor Staats-
Vlaanderen en laat ondermeer belang
rijke uitbreidingen en verbeteringen
uitvoeren aan de vestingwerken van
Sluis. Ten behoeve van de zoete inun
datie van Sluis laat hij de Ee met de
Stierskreek verbinden. Om deze
verbinding te verdedigen wordt de
Kruisdijkschans opgeknapt. Het hou
ten blokhuis wordt vervangen door een
stenen gebouw. Verder verlengt van
Coehoorn de Passageulelinie van IJ-
zendijke tot de Braakman en brengt de
laatste veranderingen aan de vesting
werken bij IJzendijke aan.
Tijdens de Spaanse Succesieoorlog
(1701-1713) bezetten de Fransen in
1701 het fort St. Donaas bij Sluis. In
1708 forceren 9000 Franse soldaten bij
Waterlandkerkje de Passageulelinie,
en verwoesten de streek rond IJzendij
ke. De plaats zelf wordt belegerd. In
deze oorlog worden opnieuw beperkte
inundaties uitgevoerd.
In 1735 wordt er ten zuiden en zuid
oosten van IJzendijke een nieuw ka
naal naar de Braakman gegraven. Dit
om de doorstroming van de Passageu-
le te verbeteren. Dit kanaal wordt op
genomen in de Nieuwe Linie. Tien jaar
later verliest de linie bij IJzendijke haar
functie vanwege bedijkingen en wordt
opgeheven. De Oostenrijkse Succes
sieoorlog is dan al weer een paar jaar
aan de gang en 2 jaar later, in 1747,
trekken 20.000 Franse soldaten
Staats-Vlaanderen binnen en bezetten
o.a. de Passageulelinie, Aardenburg
en Sluis. Het jaar daarop wordt de vre
de getekend en trekken de Fransen
weg. Als gevolg van vergaande ver
zanding van de Passageule had de
waterlinie gefaald.
In 1762 wordt de Kruisdijkschans met
zijn "kapitale walglacis, doornhage,
twee houten bruggen en grachten, zoo
kapitale als de buitengracht met de
barrières en de ronduite daarin staan
de," verkocht aan Pieter Hennequin,
een telg uit een invloedrijke familie in
de streek. Hij sticht er een buiten
plaats.
Reconstructietekening van een redoute door ing
C de Jonge (gemeentearchief Goes inv 3302)
Halverwege de jaren tachtig van de
18e eeuw dreigt er oorlog met de Oos
tenrijkse Nederlanden. Daarom worden
opnieuw beperkte inundaties uitge
voerd en worden de vestingwerken van
Retranchement en de redoute Ber-
chem weer wat opgekalefaterd. Na de
ze oorlogsdreiging wordt de defensie
van Staats-Vlaanderen herzien. De
bijna permanent droogvallende schor
ren hebben geen strategische functie
meer en worden bedijkt. Afwaterings-
sluizen moeten voortaan ook dienst
doen voor inundaties. De Passageule
wordt bedijkt en afgedamd.
Napoleon en de Belgische troebelen
In 1794 trekken de Fransen onder Na
poleon Staats-Vlaanderen binnen en
breken bij de Drie Gaten door de linie.
Het jaar daarop wordt Staats-Vlaande
ren bij Frankrijk gevoegd en is sinds
dien niet langer buffergebied tussen
vijandige mogendheden. De streek
verliest zijn militair belang. Na de voor
Napoleon onfortuinlijke slag bij Leipzig
(1813) worden de Franse veroveringen
steeds verder ingekrompen. In 1814
komt "Zeeuws-Vlaanderen" weer bij
Nederland. Na Waterloo wordt in het
Verdrag van Wenen (1815) bepaald
dat de vroegere Oostenrijkse Neder
landen bij de noordelijke worden ge
voegd. Zeeuws-Vlaanderen is daarmee
grensgebied af.
Die situatie duurt niet lang. In 1830
komen de Zuidelijke Nederlanden in
opstand. De Belgen bezetter. Aa:den
burg, Sluis en de Kapitale Dam onder
Biervliet. De vestingen Oostburg en
IJzendijke blijven Nederlands en wor
den versterkt. Een jaar later valt de
hele Passageulelinie weer in Neder
landse handen. Pas in 1839 komt het
tot een akkoord. De staat België is een
feit. Aardenburg en Sluis komen terug
bij Nederland en Zeeuws-Vlaanderen
is weer grensgebied.
Getekend landschap
Het tijdperk van vestingsteden, schan
sen en liniedijken loopt in de 19e eeuw
op zijn eind. De laatste linie (de Passa
geulelinie) en de vestingwallen van
Oostburg en IJzendijke worden ge
slecht.
De boom in 3-2000
Zo'n 270 jaar lang is Zeeuws-Vlaande
ren, met onderbrekingen, het strijdto
neel geweest van diverse oorlogen. De
sporen daarvan zijn tot op de dag van
vandaag nog in het landschap terug te
vinden in de restanten van de talloze
verdedigingswerken die destijds zijn
opgeworpen.
Wat is er inmiddels van de schansen
tussen Sluis en Aardenburg gewor
den? Van de Olieschans is niets meer
te zien. De restanten zijn verdwenen
onder de N 251 en een bedrijfsterrein.
De Elderschans is thans een lommer
rijk wandelpark met fraaie, monumen
tale bomen, waarvan sommige meer
dan 150 jaar oud zijn. De schans werd
in 1885 door mr. P.C.J. Hennequin
(Tweede Kamer-lid, lid van de Prov.
Staten en burgemeester van Aarden
burg en St. kruis) bestemd als land
goed. Hij bouwde er een villa en liet het
park aanleggen. De binnen- en bui
tengracht van de Elderschans zijn nog
gedeeltelijk aanwezig. Ook de loop van
de vroegere omwalling is herkenbaar.
Op het terrein van de Krabbeschans
(geslecht in 1672) is al heel lang een
boerenbedrijf gevestigd. De contouren
van de westelijke helft van deze
schans zijn nog waar te nemen als een
grillig gevormde laagte in het weiland.
De Kruisdijkschans is nog het best
bewaard gebleven. Het landhuis van
de in de 18e eeuw door de Hennequins
gestichte buitenplaats, was tot voor
kort een boerderij en staat op de Mo
numentenlijst. Tot in de eerste helft van
de 20e eeuw was de schans omgeven
met kolossale iepen. Rond het landhuis
was een parkachtige tuin met dennen,
blauwsparren en sierheesters. Op het
terrein zou het legendarische koffertje
van Hennequin verborgen liggen; vol
goud en kostbare juwelen. Het zou er
verstopt zijn door een Sluisse telg van
de Hennequins die aan het einde van
19e eeuw overleed.
Bronnen:
Encyclopedie van Zeeland (1984). Zeeuwsch Ge
nootschap der Wetenschappen, Middelburg
Stockman, P. en P. Everaers (1999). Versterckt
Zeeland. Provincie Zeeland, Middelburg
Wilderom, M.H (1973). Tussen afsluitdammen en
deltadijken (IV) Zeeuws-Vlaanderen. Vlissingen
i