SLZ zet minicampings in het groen
De Boom In 2-2002
- het aan het zicht onttrekken van de
kampeermiddelen;
- een goede landschappelijke inpassing
van het kampeerterrein;
- kwaliteitsverhoging van het
kampeerproduct kleinschalig
kamperen.
Op 9 juni 1999 is een informatieavond
gehouden, waarbij de opzet van het
beplantingsproject is toegelicht. Op
deze goed bezochte avond zijn
inleidingen gehouden door de
gemeente, de Dienst Landelijke Gebied
en de Stichting Landschapsbeheer
Zeeland.
Inventarisatie
Na de informatieavond zijn alle mini-
campings bezocht. Samen met de
minicampinghouders is de situatie
opgenomen. Hierbij bleek dat 37 van
de 161 minicampings op dat moment al
voldeden aan de nieuwe
beplantingsvoorschriften, bij 54
minicampings een eenvoudige
aanpassing (b.v. 1 rij inplanten) zou
volstaan en bij 70 minicampings
ingrijpender maatregelen nodig zouden
zijn.
Bij de verwerking van de resultaten van
de inventarisatie is een aantal situaties
naar voren gekomen, waarvoor nadere
uitvoeringsvoorschriften zijn
vastgesteld. Onder andere:
- bestaande coniferenhagen bij
bestaande minicampings die de sta
caravans aan het zicht onttrekken
mogen blijven staan (overgangsrecht
voor bestaande situaties). Het gaat
hier om 8 minicampings.
- bestaande minicampings die moeten
bijplanten moeten dit doen met
streekeigen beplanting en
mogen bestaande beplanting niet
vervangen door uitsluitend coniferen;
- nieuwe minicampings moeten altijd
voldoen aan de nieuwe
beplantingsvoorschriften.
- met wegbeplanting wordt geen
rekening gehouden, omdat dit in het
verleden ook niet is gebeurd. In
verband met beplantingsziekten en de
omvorming in het kader van het
groenstructuurplan van het
Waterschap is er geen garantie voor
blijvende aanwezigheid. Bovendien
gaat het hier om de wegzijde van het
minicampingterrein, hetgeen
wezenlijk anders is in vergelijking met
de volgende situaties;
- met naastgelegen bospercelen wordt
zolang deze aanwezig zijn rekening
gehouden.
- met de beplanting op een
naastgelegen perceel wordt rekening
gehouden zolang deze aanwezig is
en wordt voldaan aan de
minimumbreedte (bijv. op het
naastgelegen perceel is een
beplantingsstrook van 3 meter breed
aanwezig, zodat op het eigen perceel
nog minimaal 2 meter breed aanwezig
moet zijn/bijgeplant moet worden).
Subsidieregeling
De gemeente Veere, de Stichting
Landschapsbeheer Zeeland en de
Dienst Landelijk Gebied hebben de
mogelijkheden van subsidieverlening
voor een verbrede landschappelijke
inpassing van het minicampingbedrijf
onderzocht. Dat is dus meer dan alleen
het aanbrengen/uitbreiden van een
beplantingsstrook rondom het mini
campingterrein. In eerste instantie kon
een beroep worden gedaan op een
erfbeplantingssubsidieregeling van de
Dienst Landelijk Gebied. Later is een
afzonderlijke subsidie door Vitaal
Platteland Zeeland beschikbaar
gesteld. De gemeentelijke bijdrage in
deze subsidieregeling bedroeg
13.613,40. De subsidieregeling is
uitgevoerd door de Stichting
Landschapsbeheer Zeeland en
bestond uit de volgende
werkzaamheden: bedrijfsbezoek(en),
opstelling beplantingsplan en
begeleiding bij uitvoering. In totaal
hebben 39 minicamping-houders een
beroep gedaan op de subsidieregeling.
-16-
De Boom In 2-2002
Een aantal van hen heeft zelfs het
minicampingterrein (gedeeltelijk)
verplaatst om aan de nieuwe
beplantingsvoorschriften te kunnen
voldoen.
Resultaten
Uit de in 1999 gehouden controleronde
bleek dat op 77% van de mini
campings de beplanting nog niet
(volledig) in orde was. Slechts op 23%
van de minicampings voldeed de
beplanting. Bij een controleronde in
oktober/november 2001 bleek dat op
14% van de minicampings de
beplanting nog niet volledig in orde
was. Op 86% minicampings is de
beplantingssituatie nu in orde. Tussen
1999 en 2001 is dus een forse
beplantingsinspanning gedaan door de
minicampinghouders. De ongunstige
verhouding (goed/niet goed) is dus
sterk verbeterd. In totaal hebben 39
(25%) minicampinghouders
deelgenomen aan de subsidieregeling
van het beplantingsproject voor een
verbrede landschappelijke inpassing
van hun bedrijf. Het beplantingsproject
In januari 2000 werd een aanvraag voor
subsidie in kader van 'Vitaal Platteland'
voor het 'Beplantingsproject
minicampings in de Gemeente Veere'
bij de Provincie Zeeland ingediend. Het
project is opgezet om de vele
minicampings in de gemeente beter
landschappelijk in te passen. De
nieuwe aanplant moest een streekeigen
karakter krijgen, waarbij gedacht moet
worden aan meidoorn, sleedoorn,
egelantier, hondsroos en veldesdoorn
aangevuld met laanbomen als gewone
- es, zwarte els en populier. SLZ doet de
uitvoering.
met subsidieregeling en de regelmatige
communicatie met de mini
campinghouders heeft zijn nut
bewezen.
Vervolgstappen
Om een 100% resultaat van de
doelstelling van het beplantingsproject
te bereiken worden de volgende
vervolgstappen voorgesteld:
- De nieuwe ontheffing voor de
minicampings, die behoren tot de
categorie waar de beplanting nog niet
helemaal in orde is voor één jaar
(2002) verlenen zodat het niet
nakomen van de toegezegde
beplantingsverplichting gevolgen heeft
voor verdere ontheffingverlening;
- De minicampings die behoren tot de
categorie die niets willen, aanschrijven
om de stacaravans te verwijderen,
omdat dit anders gevolgen heeft voor
de opnieuw te verlenen ontheffing;
- Werkgroep beplantingsproject
inschakelen met de uitvoering en
bewaking bovengenoemd voorstel en
daarover vóór 1 december 2002 laten
rapporteren.
Aan de slag
Door de lange procedures werd
besloten om vooruitlopend op het
project al diverse minicampings op te
knappen via de subsidieregeling
aanplant erfbeplanting van de
Landinrichting Walcheren. Via deze
regeling zijn in het winterseizoen 2000
2001 13 minicampings voorzien van
nieuwe aanplant. In mei 2001 kwam het
groene licht van de Provincie dat het
Vitaal Platteland-project was
gehonoreerd. Door SLZ is een folder
gemaakt en verstuurd naar alle
minicampings in de Gemeente Veere.
door Karin Mol, medewerkster SLZ
-17-