De Boom In 2-2003
Naast aanleg/herstel van
landschapselementen kunnen in dit
project ook enkele kleine
cultuurhistorische elementen worden
opgeknapt.
In 2002 zijn op 19 verschillende erven
werkzaamheden verricht.
Er werden onder andere 240
laanbomen, 6500 stuks bosplantsoen,
110 hoogstamfruitbomen en 10 noten
geplant. Tevens zijn er 5 drinkputten
gegraven en 3 drinkputten opgeknapt.
Op een van de erven is aan de hand
van een oude foto een nieuw damhek
gereconstrueerd en geplaatst.
In totaal bedragen de kosten van het
project in 2002 ongeveer 43.000.
De kosten worden voor 50% betaald
door Vitaal platteland, 25% door de
Nationale Postcode Loterij en 25% door
de eigenaar.
1d. Project Herstel streekeigen erven
Zuid-Beveland
In navolging van het project streekeigen
erven in het kader van het Waardevol
Cultuur Landschap 'Zak van Zuid-
Beveland', loopt vanaf begin 2002 in
heel Zuid-Beveland een ervenproject
via de regeling Vitaal platteland.
De erven in Zuid-Beveland vormen een
belangrijk onderdeel van het
cultuurlandschap. Ze hebben vaak een
vrij grote oppervlakte en er zijn diverse
landschapselementen te vinden. Via het
project worden diverse streekeigen
landschapselementen zoals
hoogstamboomgaarden en drinkputten
opgeknapt of aangelegd. Tevens
bestaat de mogelijkheid om enkele
kleinere cultuurhistorische elementen
op te knappen.
In 2002 zijn op 19 erven
werkzaamheden verricht. Een groot
aantal werkzaamheden is door de
eigenaar zelf uitgevoerd in het kader
van agrarisch- of particulier
natuurbeheer.
Via het project zijn in 2002 de volgende
werkzaamheden uitgevoerd:
- planten bosplantsoen, 7600 stuks
-30-
- planten hoogstamfruitbomen, 130 stuks
- planten leibomen, 10 stuks
- planten laanbomen, 70 stuks
- planten walnoten, 8 stuks
- planten knotbomen, 70 stuks
- aanleg drinkput, 10 stuks
Het onderzoeken en opknappen van
enkele oude bomen is uitgevoerd door
Pius Floris Boomverzorging uit
Oudelande. Op een erf bij Nisse zijn
aan de historische schuur een raamhor,
de waterborden en windveren
vernieuwd.
De totale kosten van het project in 2002
bedroegen 69.000. De bijdrage van
vitaal platteland bedroeg 60%; de
Nationale Postcode Loterij droeg 10%
bij, eigenaren betaalden 30%
(afgerond).
1e. Project minicampings in de
gemeente Veere
De gemeente Veere heeft samen met
de Vekabo kring Walcheren het initiatief
genomen om te komen tot een
beplantingsproject voor aanplant van
streekeigen beplanting op en rond
minicampings Ook andere streekeigen
elementen kunnen worden
meegenomen.
In het nieuwe bestemmingsplan van de
gemeente Veere is opgenomen dat alle
minicampings moeten zijn voorzien van
een 5 meter brede beplantingstrook
rondom. Bij stacaravans dient deze
beplanting 7 meter breed te zijn. Alle
minicampings dienden voor 1 november
2001 aan deze eis te voldoen.
Het project is in 2000 gesplitst in een
deel op te knappen via de
subsidieregeling aanplant erfbeplanting
van de landinrichting Walcheren en een
deel via het project Vitaal platteland.
Via de landinrichting zijn tot en met
2002 20 minicampings voorzien van
nieuwe aanplant.
Het project 'minicampings Veere' via
vitaal platteland is zomer 2001 gestart.
Jaarverslag 2002
In 2002 is op een 17-tal erven/mini-
campings de beplanting opgeknapt.
Daarnaast zijn op 13 erven/minicam-
pings plannen gemaakt voor het
herstellen of nieuw aanleggen van
landschapselementen. Op deze 13
erven is de daadwerkelijke uitvoering
gefinancierd uit andere bronnen zoals
de VOL.
Op de 17 erven/minicampings zijn
onder andere 130 laanbomen, 120
hoogstamfruitbomen en 8 noten, 5250
stuks bosplantsoen geplant, 2
drinkputten gegraven en is op een
drietal erven achterstallig onderhoud
aan beplanting uitgevoerd. De totale
kosten bedragen ruim 32.000. Vitaal
platteland subsidieert ruim 65%, de
gemeente Veere ongeveer 10% en de
eigenaren 25%.
1f. Project Natuur op
recreatieterreinen
In het kader van het project
'Voorbeeldbedrijven natuur op
recreatieterreinen' zijn 3 natuurplannen
uitgewerkt (camping de Muye, camping
Scheldeoord, camping de
Paardekreek). Op 2 bedrijven zijn
maatregelen gerealiseerd. In overleg
met de eigenaar worden de groene
elementen op de camping in kaart
gebracht. Hierna wordt bekeken hoe
deze groenelementen versterkt of
uitgebreid kunnen worden. Hierbij valt te
denken aan kleinschalige
inrichtingsmaatregelen en een
verandering van beheer. Enkele kleine
voorbeelden zijn het geleidelijk
vervangen van uitheems groen
(coniferen, laurierhagen, etc.) in
inheemse beplanting. Ook het beheren
van het groen (snoeien in een bepaalde
tijd van het jaar, verwerken snoeiafval,
etc.) komt aan de orde. Voor het
uitvoeren van een aantal in het plan
genoemde maatregelen is een subsidie
beschikbaar. De bedrijven in dit project
hebben een voorbeeldfunctie voor
andere recreatieondernemers. De totale
projectkosten beliepen
10.000. Hiervan is 40% gefinancierd
door Vitaal Platteland, 45% door de
Nationale Postcode Loterij en 15% door
de eigenaren.
Najaar 2002 zijn voorbereidingen
getroffen voor de tweede cursus 'groen
uitgerust' (samenwerking met NORT
Zeeland). Tijdens de cursus worden de
volgende onderdelen behandeld: natuur
en landschapsbeleid, landschap en
landschapselementen, ecologie en
ecologisch beheer, landschaps
elementen op recreatiebedrijven,
communicatie en samenwerking,
financiering en het bedrijfsnatuurplan.
1g. Project Herstel bloemrijke dijken
Het doel van het Project Herstel
Bloemrijke Dijken is het opknappen van
sterk verruigde dijkvakken, met name
door middel van maaien en afvoeren
van de vegetatie. Het project heeft een
looptijd van 1 januari 2002 tot 1 juli
2004 en is een opvolging van een
vergelijkbaar project dat tot 2002 liep in
het kader van de WCL. Dit project is
verbreed tot heel Zeeland waarbij
ingezet wordt op het herstel van de
meest kansrijke dijken. Daartoe wordt
gebruik gemaakt van een kaart uit het
Actieplan Bloemrijke Dijken (provincie
Zeeland, in voorbereiding). Op deze
kaart zijn alle dijkhellingen opgenomen
die actueel of in een recent verleden
bloemrijk waren en waar dus
herstelmaatregelen het meest kansrijk
zullen zijn. Het gaat om dijkhellingen die
reeds enige tijd niet meer gemaaid
worden of waar geen beweiding meer is
en die dus een sterk achterstallig
onderhoud laten zien. Doel is om vooral
de bijzondere plantensoorten weer een
kans te geven, zoals gewone agrimonie,
moeslook, wilde marjolein, bevertjes,
ruige weegbree, donderkruid, glad
parelzaad en ruige anjer. In de loop van
2002 is met het uitvoerend werk
begonnen. Maaiwerk werd steeds
uitbesteed aan loonwerkers; het afvoer
van het maaisel naar de stort werd
zoveel mogelijk door plaatselijke boeren
-31 -