5.2. Soortenbeheer Zwaluwen De Boom In 2-2003 Vrijwillige Akker- en Weidevogelbescherming Het weer is voor weidevogels en de boeren nog altijd een factor van belang èn onvoorspelbaar. Kou en regenachtig weer zorgt ervoor dat de vogels het eileggen uitstellen; ook de boer gaat later het land op. Het weer in het seizoen 2002 was over het algemeen droog. Hierdoor waren veel kluten laat begonnen, waarschijnlijk omdat ze geen nestkuiltjes konden krabben. Ook de grutto was later. Sommige scholeksters waren juist vroeg; in de eerste week van april al voltallige nesten. Gelukkig waren veel akkerbouwbedrijven al klaar met de werkzaamheden, voordat de meeste vogels met broeden begonnen. Afgelopen winter zijn de veldgegevens, met behulp van een nieuwe weide- vogelvrijwilliger en computerexpert uit Goes verwerkt in de computer. Voor het grootste deel waren de gegevens binnengekomen, maar lang niet altijd even volledig. Desondanks is het aantal ha. van 3070 ha. (1999) via 3010 ha. (2001 mkz) naar 3.930 gestegen! Het aantal vrijwilligers is toegenomen van 107 naar 121; het aantal bedrijven steeg van 148 naar 184. De prestaties van de verschillende vogels staan in de onderstaande tabel te lezen. Het aantal nesten is iets toegenomen t.o.v. 2000: van 631 naar 642 legsels. Het zelfde geldt voor de afzonderlijke aantallen van kievit, grutto, kluut en scholekster. Er werden dit jaar geen tureluurs gevonden. In 2002 is een 5-tal informatieavonden georganiseerd in Goes, Tholen, Vlissingen, Oostburg en Westdorpe. De avonden werden niet druk bezocht en leverden maar een handvol nieuwe vrijwilligers op. Het project is gefinancierd door de provincie Zeeland en het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Tabel 4. Resultaten vrijwillige akker- en weidevogelbescherming 2002: belangrijkste soorten Soort Totaal Bekend resultaat Uit Niet uit uit Grutto 14 10 10 1 90 Kievit 382 329 329 53 84 Kluut 103 93 93 9 90 Scholekster 128 114 101 13 88 Studiedag Vlindervriendelijk beheer In opdracht van de Provincie Zeeland organiseerde Stichting Landschaps beheer Zeeland een studiedag over vlindervriendelijk beheer. Met een groot aantal dag- en nachtvlinders in Zeeland gaat het al jaren slecht. Door een afgestemd beheer van natuurterrein, wegbermen en ander openbaar groen kan er voor vlinders veel verbeteren. Het probleem is dat veel instanties nog niet of nauwelijks met dit beheer in aanraking zijn gekomen, hoewel de belangstelling hiervoor wel toeneemt. Het doel van de studiedag was het overdragen en uitwisselen van die kennis en de overname van beheersmaatregelen t.b.v. vlinders in beleids- of beheersplannen te -14- Jaarverslag 2002 stimuleren. Het was tevens een unieke gelegenheid voor een onderlinge kennismaking met Zeeuwse vlinderdeskundigen, plannenmakers en beheerders van Natuurbeschermings verenigingen, waterschappen en provincie. De aanwezigheid van gemeenten werd helaas op deze dag gemist. De kosten voor 2ÜQ2 bedroegen 2.900, de provincie Zeeland zorgde voor de financiering. Gier-, boeren en huiszwaluwen worden in Nederland in hun voortbestaan bedreigd, ondermeer doordat hun broedgelegenheid afneemt. Voor het broeden zijn deze zwaluwen afhankelijk van menselijke bebouwing. Gierzwaluwen broeden vaak onder daken van huizen, kerken en andere gebouwen; de huiszwaluw bouwt zijn nest onder aan dakgoten en overstekken; de boerenzwaluw in schuren en stallen. In 2002 is een informatief werkblad met praktische tips voor particulieren door heel Zeeland verspreid. De verschillende vogelwerk groepen hebben daarbij geholpen. Op een aantal plaatsen, onder meer in Ellewoutsdijk, zijn kunstnesten voor huiszwaluwen opgehangen en aanvullende maatregelen getroffen, bijvoorbeeld het afgraven van een oever, zodat de zwaluwen hier klei kunnen winnen. De kosten voor 2002 bedroegen 9.000, gefinancierd door de Nationale Postcode Loterij en de provincie Zeeland. Oeverzwaluw De oeverzwaluw is een pionier die het liefst in pas afgegraven steile wanden zijn nestgang graaft. Voor de oeverzwaluw in Zeeland is in 2001 een inventarisatie verricht naar de voorkomende en potentiële broedlocaties. Er is contact gelegd met Rijkswaterstaat en het Waterschap Zeeuwse Eilanden over het beheer van een aantal gronddepots. Rijkswaterstaat beheert zelf al jaren de oeverzwaluwwanden op eigen terreinen. Het Waterschap Zeeuwse Eilanden, dat een paar terreinen van RWS heeft overgenomen, deed dat nog niet. Er is afgesproken dat het waterschap in april 2004 de wanden opnieuw zal afsteken. Een informatiebord is in de maak en wordt geplaatst bij een oeverproject van het waterschap langs de Westkapelse kreek. De kosten voor 2002 bedroegen 13.000, gefinancierd door de Nationale Postcode Loterij en de provincie Zeeland. Veenmol Insecten zijn een over het algemeen onbekende en weinig gewaardeerde diergroep. Toch zijn er soorten die in hun voortbestaan worden bedreigd en de moeite van het beschermen waard zijn. De veenmol is een veldkrekel die voornamelijk een ondergronds bestaan heeft. Het dier leeft voornamelijk in gebieden met veenachtige bodem, zoals in de het 'oudlandgebied' in Zeeland. Hij kan schadelijk zijn in volkstuinen, waar hij plantenwortels aanvreet. Hier wordt hij over het algemeen bestreden, maar er zijn alternatieven om deze zeldzame soort te tolereren. In 2002 is gewerkt aan een voorlichtingsposter die wordt verspreid in het voorjaar van 2003 onder andere onder volkstuinliefhebbers. De kosten voor 2002 bedroegen 6.000, gefinan cierd door de Nationale Postcode Loterij en de provincie Zeeland. Muurplanten Oude muren van gebouwen, kaden etc. in binnensteden kunnen rijk begroeid zijn met muurplanten. Vooral bijzondere soorten als steenbreekvaren, tongvaren, wijfjesvaren en grote aantallen muurvaren en muurleeuwen bek sieren het voegsel. Vaak zijn deze muren plaatselijk in slechte tot zeer slechte staat, waarbij opslag van houtige gewassen in de muren een belangrijke rol speelt. Bij herstel- of restauratiewerkzaamheden verdwijnen -15-

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 2003 | | pagina 9