O
O
O
Q
Sleutelmerken als blikvangers
rO
r©
hoeveelheid embryonale vruchtjes. Deze ontstaan in
het najaar in de bladoksels aan de toppen van nieu
we scheuten, overwinteren en groeien in het voor
jaar uit. De voorjaarssnoei wordt uitgevoerd als de
kans op langdurige vorst voorbij is (eind
maart/april). De krachtige twijgen (ca. 40 cm of
meer) worden tot 5 a 6 knoppen teruggesnoeid
(andere bron meldt: 2 a 3). Oudere takken van ca.
3 jaar oud worden tot op de twee onderste bladlit
tekens dicht bij de gesteltak afgesnoeid. De slapen
de knoppen worden hierdoor tot uitlopen gedwon
gen. De vruchttwijgen van 15-35 cm worden niet
gesnoeid, kortere wel. De vruchttwijgen moeten
15-20 cm uit elkaar staan (uitdunnen). In geval van
kale plekken wordt eenderde van de aangrenzende
takken tot op de onderste twee bladlittekens inge-
snoeid. Hierdoor ontstaan nieuwe scheuten die
door aanbinding het gat kunnen opvullen. Als een
gesteltak moet worden vervangen, dan kan het
waterlot dat meestal op die plek ontstaat worden
teruggesnoeid op 4 knoppen en daarna de nieuwe
gesteltak vormen. Waterloten en dood hout worden
geheel verwijderd (dit kan het hele jaar door).
In een koel klimaat is ook zomersnoei nodig. Hierbij
worden alle scheuten tot 5 a 6 bladeren getopt. Dit
om meer licht in de boom te krijgen en de vorming
van een tweede generatie, tot mislukken gedoemde
en ongewenste, vruchten weg te
nemen. De zomersnoei vindt plaats
omstreeks eind juni. Niet later, omdat
het hout zich dan onvoldoende kan
afharden voor de winter. Het mag ook
niet eerder gebeuren omdat anders de
vruchtjes te groot de winter ingaan en
dan kapot vriezen.
De boom zal als reactie op deze snoei
zijscheuten uit zijn bladoksels maken en
in het najaar zullen zich in de bladoksels
van deze zijscheuten weer nieuwe
embryonale vruchtjes ontwikkelen.
Deze mogen niet groter dan fijne erwt
jes de winter in. Verwijder alle grote
vruchten die in het najaar nog aan de
boom hangen en toch niet meer rijp
zullen worden. Zij kosten de boom
energie die beter in de ontwikkeling van
de embryonale vruchtjes gestoken kan
worden. Voor een goede oogst worden
de wortels ingetoomd. Bijvoorbeeld
door om de paar jaar een aantal dikke
wortels in te snoeien (tot 60 cm van de
boom) of de bodem van het plantgat
van 60 x 60 met puin te bestorten en
de wanden met tegels te bekleden.
Geraadpleegde bronnen
Bomen en struiken van West- en Midden-Europa - The Reader's Digest NV. Amsterdam.
Meekers, E. (1995) De vijg-ficus carica. In: pomologia 96/1
Meeuse, B. en S. Morris (1984). De voortplanting van bloemen. Spectrum natuurgids. Utrecht Antwerpen
Moens, F. en R. de Weerd (red.) (2000). Bomen en mensen. Een oeroude relatie. Bomenstichting, Utrecht
Boom, Amsterdam.
Polunin, O. (1970). Bloemen en planten van Europa. Zomer en Keuning. Wageningen.
Wit, H. de en K. Boedijn. (1963). De wereld der planten - deel 1. W. Gaade. Den Haag.
Door Paul Jacobs, medewerker Landschapsbeheer Nederland
Op iedere bladzijde van de Boom In kunt u het zien: Landschapsbeheer heeft een symbolen
reeks ingevoerd. Deze symbolen staan achtereenvolgens voor:
Zorg voor ons landschap
DAT DOEN WE SAMEN
Hieronder vallen alle activiteiten van
Landschapsbeheer die betrekking heb
ben op het faciliteren van vrijwilligers
werk. Kenmerk: uitlenen van gereed
schap advies over veilig werken
kadercursus voor coördinatoren vrijwil
ligerswerk verzekering.
Zorg voor ons landschap
MAAK JE ERF GOED
Dit thema staat voor alle activiteiten die
ertoe leiden dat een erf zoveel mogelijk
in evenwicht is met zijn natuurlijke en
visuele omgeving, aansluit bij de
geschiedenis van de streek, maar ook
een plek biedt aan streekeigen bomen,
struiken en dieren. Kenmerk: erf in de
ruime zin van het woord erven die in
het landelijk gebied liggen samen met
erfeigenaren en gebruikers van het erf
cursussen en gericht advies
Zorg voor ons landschap
I RUIMTE VOOR PLANT EN DIER
De zorg van Landschapsbeheer voor
specifieke biotopen om zo het voort
bestaan van een kwetsbare plant- of
diersoort voor de toekomst veilig te stellen.
Kenmerk: van een bepaalde biotoopverbetering
profiteren meerdere soorten ook goed voor het
landschap een bijdrage aan een landschap dat
mensen aanspreekt omdat er iets te beleven valt.
Zorg voor ons landschap
BAKENS IN DE TIJD
Het behouden en zichtbaar maken van de verha
len van ons cultuurlandschap. Kenmerk: grafheu
vels, knuppelpaden, bakhuisjes mensen het land
schap leren 'lezen', zodat eigenaren, bewoners en
gebruikers zich bewust worden van hun (histori
sche) plaats in het landschap.
Bovenstaande verdeling in vier hoofdthema's
gaat grotendeels de profilering van
Landschapsbeheer bepalen. Dat betekent dat de
thema's in alle communicatie van
Landschapsbeheer terugkomen; zowel wat
betreft de communicatie op samenwerkings- als
op provinciaal niveau. Elk thema bestaat uit een
eigen symbool (beeldmerk), een pakkende naam
en uit een verklarende omschrijvingen. Nieuwe
projecten en activiteiten van Landschapsbeheer
worden onder één van de thema's geplaatst. De
verbetering van de profilering van
Landschapsbeheer is betaald met geld van de
Nationale Postcode Loterij.