O O
O
Als een zigeuner door Europa
Q
Interview met dhr. L. Coppoolse
Door Nettie Wilderom en Peter Maas
Sinds 1 april heeft ex gedeputeerde dhr. L. Coppoolse de voorzittershamer overgenomen van
dhr. H. W. Hietkamp. Zijn eerste optreden voor SLZ was een inleidend praatje op de vrijwilli-
gersdag 2003 in de schuur van boer Aarnoutse te Kwadendamme. Hij benadrukte toen het
leuk te vinden om als eerste juist de vrijwilligers te mogen toespreken. Het bleef toen niet bij
praten alleen. Later die middag bleek hij een niet onverdienstelijk langzaamaanfietser te zijn.
Maar te denken dat dat symbool zou staan voor zijn inzet voor SLZ is een flinke misvatting.
Gisteren toog Coppoolse samen met SLZ-coördi-
nator Foort Minnaard naar de Nieuwe Kerk in
Amsterdam. Landschapsbeheer Nederland kreeg
een prijs uitgereikt van het Prins Bernard Cultuur
en Natuurfonds. 'Een leuke ervaring. Ik maakte
voor het eerst van mijn leven een modeshow mee
(van modeontwerper Slobbe, die ook een prijs in
ontvangst mocht nemen) en de sfeer rond de
Nieuwe Kerk vind ik altijd prettig'. Prins Bernard
was er zelf niet, maar een van zijn kleinzoons nam
de honneurs waar. 'Een hele mooie waardering
voor het werk van Landschapsbeheer'.
Kennismaking met SLZ
Vanaf 1989 was Coppoolse statenlid, met ruim
telijke ordening en welzijn in zijn portefeuille.
Uit die tijd stamt ook zijn kennismaking met
SLZ. Het werk van de stichting, stond regelma
tig op de agenda. SLZ ontwikkelde tot een pro
fessionele organisatie die zich richt op de natuur
buiten de ecologische hoofdstructuur. Een
goede zaak, want op de kaart van Zeeland zijn
de natuurgebieden maar kleine stipjes, en is het
dus van groot belang dat aan de rest van het
buitengebied ook aandacht besteed wordt. Via
de vergaderstukken kwam hij op de hoogte van
de 'actie wilgenpoot' en bestelde toen een aan
tal wilgenpoten voor in de tuin, die in een
Middelburgse 'groene long' ligt.
Van 1995 tot 2002 was hij gedepu
teerde voor o.a. jeugdzorg, sociale
vraagstukken en educatie. Toen hem
gevraagd werd om na zijn vertrek als
gedeputeerde, voorzitter te worden
van SLZ, hoefde hij niet lang na te
denken. 'Jullie hadden een streepje
voor. SLZ is een club die niet omstre
den is in de Zeeuwse samenleving,
SLZ kent geen vijanden.' Verder vond
hij het een pré dat hij bij dit voorzit
terschap veel kon leren over het
werkveld van SLZ. Voordat hij in het
provinciebestuur terechtkwam, was hij
aardrijkskundeleraar in Middelburg,
dus het landschap heeft zeker zijn
interesse. Een andere organisatie waar
hij voorzitter van is, is het Zeeuws
Genootschap. Dit is een club die ver
zamelingen van kunst en wetenschap
pelijke objecten aanlegt, met als doel
deze te bewaren en te bestuderen. Hij
ziet een overeenkomst met het werk
van SLZ: ook wij zijn namelijk bezig
met het bewaren van cultuurgoed,
maar dan in het landschap. Verder is
hij voorzitter van CDA Zeeland en
daardoor ook lid van het landelijk par
tijbestuur; een functie die veel tijd
kost.
Wat hem opgevallen is in het eerste
halfjaar bij SLZ? Ten eerste dat er veel
meer is dan het landschapsonderhoud
dat vrijwilligers uitvoeren. Hij denkt
aan de grote rol die boeren en particu
lieren in het buitengebied spelen, de
VOL-overeenkomsten en de verschil
lende projecten, bijvoorbeeld voor her
stel streekeigen erven of het opknap
pen van kleine cultuurhistorische ele
menten. De professionaliseringsgraad
is veel hoger dan verwacht en ook de
veelheid aan financieringsbronnen is
iets wat opvalt. 'Er heerst binnen SLZ
een informele sfeer, waar ik me wel bij
thuis voel,' zegt Coppoolse. 'Ondanks
het ontbreken van hiërarchie is er wel
structuur en taakverdeling'. Onze vori
ge voorzitter waarschuwde bij zijn
afscheid voor verdere groei (De Boom
In 1-2003). Hij vond dat SLZ beter
niet te groot kon worden. Coppoolse
ziet wel mogelijkheden voor verdere
groei, mits SLZ gefocust blijft op zijn
eigen doel, de spreekwoordelijke
schoenmaker die bij zijn leest moet
blijven. 'Daarbinnen mag je best ver
breden, zoals dat nu gebeurt met
zaken als soortenbeheer, landgoederen
en cultuurhistorische elementen' aldus
Coppoolse. Als de organisatie groter
wordt is er een duidelijke structuur
nodig. Met een goed management en
een heldere, transparante aansturing is
het ook binnen grote organisaties mogelijk op de
menselijke maat te blijven werken.
De belangrijkste bedreiging voor het Zeeuwse
platteland is wel het gevaar dat de landbouw, bij
het wegvallen van Europese steun, door de hoe
ven zakt. Zolang de landbouw een grote rol blijft
spelen, zal het landschap op orde blijven. Wanneer
de landbouw wegvalt, zullen door de economische
druk aantastingen ontstaan. Het uitbreiden van
bedrijventerreinen ziet hij niet als een grote bedrei
ging. Het huidige beleid is zo, dat dit alleen in
bepaalde kerngebieden toegestaan wordt
waardoor de rest van Zeeland het landelijke karak
ter zal behouden. In het Provinciehuis ziet men
gelukkig in dat het landschap zeer belangrijk is,
ook vanuit economisch oogpunt. Met name het
toerisme vaart wel bij een fraai landelijk gebied en
ook voor de woonkwaliteit in Zeeland is een mooi
landschap van groot belang. Minder gelukkig is
Coppoolse met het onduidelijke beleid van LNV
minister Veerman, dat sterk randstedelijk gericht is,
Dhr. Coppoolse en zijn knotwilgen (foto Nettie
Wilderom)