w De Boom In 4-2004 Ten derde het grondwaterpeil. In polders waar de ontwatering 'prima' geregeld is, ontbreken de wei devogels omdat de bodem te droog is. Verhoging van het polderpeil is in Zeeland voor weidevogels van groot belang. Al met al is seizoen 2004 voor de weidevogels slecht verlopen. Vooral voor de kluut was dit sei zoen vrij dramatisch. In eerste instantie werd er op regen gewacht. Toen het wat geregend had begon alles tegelijk met het leggen van het eerst ei, maar bij het markeren een week later was vrijwel alles verdwenen door predatie. Omdat het seizoen al bijna verstreken was, zijn deze vogels niet meer met een nieuw legsel begonnen. Ook de scholek ster begon laat, op een enkele uitzondering na, maar is op plaatsen waar dit vanwege begroeiing mogelijk was nog tot broeden gekomen. Met als gevolg dat op het moment dat ik dit stukje schrijf (5-7-2004) tegelijkertijd vliegvlugge jongen en nog broedende vogels voorkomen. Voor de kievit was dit van toepassing: vroeg begonnen en met tussenposen zeer lang doorgegaan. In juli nog broedende kieviten! Weer een bewijs dat geen jaar hetzelfde is en waarne mingen en nestbescherming niet voor niets gedaan worden. Bram Janse, Kloetinge Het "gruttogevoel" op Walcheren Op 8 maart ben ik jarig en vroeger nam ik die dag vrij om mijn oma te bezoeken in het bejaardenhuis op het eiland Marken. Op de fiets door het Noordhollandse veen weidegebied; op het tijdstip dat daar net de eerste grut to's hun broedterrein in Waterland weer opzochten. Voorzover ik het kan achterhalen waren bijna al mijn betoverovergrootvaders veehouder in dit gebied en zij zullen de grutto ook ieder voorjaar opnieuw heb ben begroet. De grutto zit bij mij als het ware in de genen, al weet ik niet hoelang dit nog zal duren... Registratie van de broedresultaten in het veld (foto: archief SLZ) De toam.lh:»4-jQ04 Een medewerker van Staatsbosbeheer vertelde mij in die tijd dat binnen 15 tot 20 jaar de gruttopopulatie door vergrijzing in elkaar zou storten. Er worden steeds minder jongen volwas sen om de populatie op peil te houden. Nu, als provinciale weidevogelcoördi nator in Zeeland, zie ik dit voor mijn ogen gebeuren. Op een paar plaatsen in Zeeland broedt de grutto nog, onder meer in het veengebied aan weerszij den van de Zandvoortseweg tussen Grijpskerke en Middelburg. Gelukkig hebben we in Nederland ook te maken met een menselijke vergrijzingsgolf en twee mensen daarvan (met VUT of pensioen) zetten zich in voor de grutto op een modern veehouderijbedrijf. Ze zoeken de nesten op en markeren ze in de hoop dat met medewerking van boer en loonbedrijf de legsels gespaard blijven. Sinds een paar jaar is de zorg voor de jonge kuikens daar ook bij gekomen. Een modern bedrijf namelijk, haalt minstens drie sneden gras van het land en dat moet bovendien groot schalig en efficiënt gebeuren. De afgelopen 2 jaar hebben we gepro beerd om in overleg met de boer en de loonwerker nesten en kuikens van een aantal gruttobroedparen te redden van een wisse dood. Hoewel boer en loonwerker van harte willen meewer ken, ondervonden we al rijdend op de maaicombinatie en kuikens uit het overstaande gras graaiend dat het moderne veebedrijf niet meer op grut- tobeheer is afgestemd. Met als gevolg kuikens die we niet meer op tijd konden terug vin den of die verweesd op een ander perceel rond scharrelden of werden gegrepen door een zilver meeuw, omdat de dekking aan het eind van de dag in de opraapwagen werd afgevoerd. We hebben ook geprobeerd geld los te krijgen om de maaidatum van een paar percelen uit te stellen. Terwijl elders in het land een paar miljo n werd uitgegeven aan speciaal gruttobeheer, kostte het hier verschrikkelijk veel (ambtelijke) moeite om de wettelijk beschermde grutto's te redden. Uiteindelijk kon de provincie de vergoeding bekostigen. De vraag blijft of het allemaal wel zinvol is en of het allemaal wel helpt. In de tijd van mijn betover overgrootvaders was het niet nodig dat grote organisaties, zelfs ministeries, zich druk maakten om de grutto. Zij waren net zo afhankelijk van het weer als de vogels en hadden ook meer last van sociaal onrecht dan van de natuurlijke omstandig heden die hun mogelijkheden beperkten. Bij de vrijwilligers is de rek ver op; dit soort tafere len waarbij machteloosheid je overmant en boos heid niet helpt, doetje de hoop opgeven. Vrijwilligerswerk is ook in dit opzicht niet vrijblij vend; wie eenmaal begint zit er voor de rest van het broedseizoen aan vast en je verbindt je met het lot van de grutto's zelf. Zolang die nog blijven terugkeren wil ik ze de kans niet ontnemen. Nanning-Jan Honingh Met dank aan Ferdinand Berghauser-Pont en Piet Zuidweg. (zie ook: www.grutto.nl)

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 2004 | | pagina 11