O
Soortenbeheer in de praktijk
Een smaakmaker op de dijken
Door: Peter Maas, medewerker SLZ
De vlaamse peterselie wordt tegenwoordig officieel wilde peterselie genoemd. Eigenlijk vin
den we dat wel jammer, want er zijn maar een paar plekjes in Nederland waar je deze soort
kunt aantreffen en dat zijn enkele dijken in West Zeeuws-Vlaanderen.
Met name de dijk van de Hoofdplaatpolder staat al
jarenlang op het vaste programma van de VLP. leder
jaar opnieuw gaat de ploeg in het begin van de
zomer naar deze dijk toe om akkerdistels te maaien.
Deze dijk is in gebruik bij een boer uit de omgeving
die er wat koeien op laat grazen. Niet meer dan 4 of
5, eerder wat aan de lage kant dan teveel. De vege
tatie is sterk vergrast en is plaatselijk zelfs verruigd.
Maar de koeien trappen de zode wat open aan de
steile zuidhelling van de dijk en zo ontstaan gunstige
kiemplekken voor de wilde peterselie.
Het is een eenjarige plant die ieder jaar opnieuw uit
zaad moet ontkiemen. Kale plekjes op de dijk zijn
voor deze soort dus een absolute noodzaak. Maar
andere plantensoorten weten deze kale plekjes ook
wel te vinden, waaronder dus
de akkerdistel. En heb je een
maal distels in je grasland, dan
kom je daar niet zo makkelijk
meer vanaf. Het is dan ook
niet ondenkbaar dat door de
gebruiker van zo'n dijk wel
eens naar de gifspuit zou wor
den gegrepen. Want pluizend
distelzaad dat vanaf de dijk de
akker opwaait, daar is niemand
blij mee. Om dit te voorkomen
heeft SLZ reeds jaren geleden
kontakt gezocht met betreffen
de eigenaren gebruikers. SLZ
bood aan om met vrijwilligers
de distels te bestrijden. De wilde peterse
lie profiteert.
Deze werkwijze blijkt zijn vruchten af te
werpen, leder jaar wordt voorkomen dat
de distels in het zaad schieten. De wilde
peterselie doet het behoorlijk goed, zei
het dat de aantallen jaarlijks flink kun
nen schommelen. Het ene jaar gaat het
om honderden exemplaren. Een ander
jaar zeker om vele duizenden en in som
mige jaren durven we zelfs geen schat
ting te maken zo veel staan ze er dan.
Zoals Sjaak Herman het wel eens uit
drukte: "Als haren op een hond". Soms
nemen we aanvullende maatregelen en
Wilde peterselie (foto: Peter Maas)
wordt het dijktalud gemaaid waarbij het
maaisel wordt afgevoerd. Een extra
ingreep om de vergrassing terug te drin
gen is dan nodig. Voor het overige zor
gen de koeien braaf voor het afgrazen
van het gras en voor de zo noodzake
lijke kale plekjes in de zode. De wilde peterselie is
een van de zeldzaamste planten van de Zeeuwse
bloemdijken. Dit aangepast beheer laat zien dat
maatwerk van het grootste belang is. Niet te veel,
niet te weinig, het moet juist goed zijn. Als een echte
smaakmaker dus.
In de weer met bijtjes en bloemetjes
Door Lucien Calle, medewerker SLZ
In Zeeland komen ruim 200 soorten wilde bijen voor. Sommige daarvan zijn algemeen en
komen in iedere tuin, bos, weiland of akkerrand voor. Andere zijn bepaald zeldzaam te noe
men. De algemeen verspreide bijen stellen meestal weinig eisen aan hun leefomgeving. De
zeldzamere klanten zijn daarentegen gebonden aan specifieke omstandigheden. Soorten die
in de problemen zitten proberen we een beetje te helpen, om te voorkomen dat ze nog ver
der achteruit gaan of zelfs uitsterven. Ook bij deze interessante diergroep spelen vrijwilligers
in toenemende mate een rol in het beheer. Hieronder beschrijven we 3 verschillende soorten
en hoe vrijwilligers ervoor in touw zijn.
Knautiabij (foto: Lucien Calle)
Schorzijdebij
Een typisch Zeeuwse onder
de bijen is de schorzijdebij.
Deze soort vliegt enkel op
schorren. Ze voedt haar lar
ven voornamelijk met zee
aster, die op klei groeit. De
bij maakt haar nesten in een
wat zanderige bodem. Deze
soort kan alleen grote popu
laties opbouwen waar in de
buitendijkse gebieden zand
(voor de nesten) en klei
(voedselplanten) dichtbij
elkaar voorkomen. Van
nature is dat aan de zeezijde
van estuaria. Dat Zeeland
een belangrijk gebied is
voor de schorzijdebij is