O
Maatwerk voor de Vijfvlek St Jansvlinder
*S£>
De Boom In 3-2007
Door Alex Wieland, medewerker SLZ
De Vijfvlek Sint Jansvlinder komt verspreid voor in bermen en op dijken in Zeeuws-
Vlaanderen. Daarbuiten is deze soort in Nederland een zeldzaamheid. Door verkeerd maaibe-
heer is deze vlinder teruggedrongen tot enkele vlieglocaties. De soort kan als indicator gebruikt
worden voor bloemrijke en vlinderrijke vegetaties. Daarom is de Vijfvlek Sint Jansvlinder in
het soortenbeleid van de provincie Zeeland aangewezen als aandachtsoort. Voor deze soorten
is extra steun beschikbaar voor het uitvoeren van speciale beheersmaatregelen.
De vliegtijd van de Vijfvlek Sint Jansvlinder is in de
periode mei-juli. In de kernpopulaties komen dan
vaak enige tientallen tot honderden vlinders voor.
De meeste vlinders blijven in de directe omgeving
als er voldoende bloemen aanwezig zijn. Vaak
echter werden in deze periode massaal de bermen
gemaaid tot de laatste bloem verdwenen was.
De eitjes worden afgezet op rolklavers. Dit is de
waardplant waar de rups van leeft.
Rolklaver kan zich alleen ontwikkelen op locaties
die regelmatig gemaaid worden en waar het maai-
sel afgevoerd wordt. Vanaf half september gaat het
rupsje in winterrust, ze kruipen dan tussen de vege
tatie op de grond. Vanaf april worden ze weer actief
en eten ze flink aan de rolklavers. In mei verpoppen
de rupsen. Ze kruipen in een stevige
stengel en verpoppen zich hier. Dit is
een kwetsbare periode, want op som
mige locaties is hier dan de eerste maai-
beurt. Door het maaien belanden ze op
de grond waardoor de pop beschim
meld of opgegeten wordt door muizen.
Tegenwoordig wordt er veel gemaaid
met de klepelmaaier. Deze slaat met
kettingen de vegetatie (inclusief
rupsen) tot kleine stukjes. Het maai-
sel blijft op de grond liggen. Deze
methode is weliswaar goedkoop, maar
zorgt er ook voor dat het niet afge
voerde maaisel de vegetatie verstikt
Vijfvlek Sint Jansvlinder (foto: Alex Wieland)