De Boom In 3-2008
Het planten van een boom of struik kun je het best met z'n twee doen. Hier de aanplant van een haag
door vrijwilligers van SLZ, de struikjes zijn iets teruggesnoeid om een mooi vertakte haag te krijgen.
dikke kluiten klein of leg ze anders weg. Pak de
boom en kijk of hij past in het plantgat. Een boom
is zelden helemaal recht, plaats de kromming van
de top tegen de heersende windrichting in. Staat
de boom goed, bepaal dan waar de boompalen
moeten komen. Haal de boom er weer uit en
plaats de boompalen.
Zet de boom vervolgens weer in het plantgat en
strooi een aantal scheppen goede, fijne grond op
de wortels. Schud de boom even op en neer, zodat
de grond goed tussen de wortels komt. Herhaal
dit nog een keer en druk, als de wortels niet meer
zichtbaar zijn, voorzichtig met de neus van de
schoen de grond aan, dus niet met de hak! Vul
het plantgat verder tot de rand met losse grond
en druk nogmaals aan. Laat de boom wel op soort
bultje staan, de grond zal namelijk nazakken.
Plant de boom niet dieper dan de opkweekdiepte
en laat de entknobbel, de verdikking
onderaan de stam (indien van toepas
sing) boven de grond uitsteken. De
opkweekdiepte herken je aan het iets
donkerder gekleurde gedeelte onder
aan de stam van de boom.
Veel voorkomende problemen
Het uitdrogen van de wortels
Tijdens transport of bij het planten
kunnen lage temperaturen en wind tot
het uitdrogen van de wortels leiden.
Als ze niet direct worden geplant kun
je ze het beste inkuilen (een ondiepe
kuil waarin de wortels met grond
bedekt worden). Is het zeer tijdelijk
dan is een oude deken of een stuk zeil
ook goed.