Duindoorn, echte lastpak of koningin van het duin? Een overdaad aan voedselrijke bessen Foto: Luciën Calle Door Luciën Calle, medewerker SLZ De duindoorn is zo prominent aanwe zig in de Zeeuwse duinen dat de soort door veel Zeeuwen wordt herkend. Naast de duinen groeit deze struik ook op droogvallende zandplaten in het Deltagebied. Een enkele keer is de soort aanwezig buiten deze gebieden waar, door vogels uitgepoepte, bessen terecht zijn gekomen. De duindoorn is om twee redenen een hele stoere struik. In de eerste plaats verdraagt deze soort als geen ander de snoeiharde zeewind. Constant gezandstraald wor den, overstoven of juist de wortels bloot geblazen, deze doornstruik kan er alle maal tegen. In de tweede plaats kan deze soort als pionier groeien op kaal stik stofloos zand (als er maar wat kalk inzit). Dit kunstje flikt de duindoorn door in symbiose te groeien met bacteriën in zijn wortelknolletjes. Deze bacteriën kunnen stikstof uit de lucht binden en doorgeven aan de struik. Tweehuizig De plant is tweehuizig, heeft onopvallende bloemetjes, maar maakt dat in het najaar en de winter ruimschoots goed. Er zijn mannelijke en vrouwelijke struiken. Aan mannelijke struiken komen in het voorjaar bloempjes met meeldraden die wolkjes stuif meel produceren, dit wordt met de wind mee gevoerd naar de stamper van de vrouwelijke plant, waarna die later in het jaar uitgroeit tot de opvallende oranje bessen. Die bessen zijn uitzonderlijk rijk aan vitamine C en Caroteen 20

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 2011 | | pagina 22