In Nederland vindt sinds enkele jaren op ver schillende plaatsen onderzoek plaats naar welke insecten precies de bestuiving op fruit verzorgen. In het kader van het Interregproject "Meer natuur voor pittig fruit" is door Stichting Landschapsbeheer Zeeland ook in onze provincie naar die bestuivers gekeken. Bij zowel gangbare als biologische telers zijn, op een vergelijkbare manier met de andere plaatsen in Nederland, opnames gemaakt. In boomgaarden van appels (4 boomgaarden), peren (2), kersen (1), pruimen (1) en zwarte bessen (1) zijn trajecten gelopen en werden alle insecten geteld die op de bloemen zaten. Er werd een groot aantal soorten insecten aangetroffen, waaronder vliegen, bijen, wespen, kevers en vlinders. Maar net zoals elders bleken ook in Zeeland bijen en zweefvliegen het gros van de bestuiving voor hun rekening te nemen. In dit artikel worden enkele resultaten van de inventarisatie besproken. Methode Per fruitsoort werd in de optimale bloeitijd, bij goede weersomstandigheden per ras 30 minu ten geteld. Alleen de insecten die op de bloe men van de fruitsoorten aanwezig waren zijn meegeteld. Er waren ook soorten die bv. wel op paardenbloemen tussen de fruitbomen aan wezig waren, maar niet op het fruit zelf, zoals diverse soorten wespbijen. Deze soorten zijn niet meegeteld, omdat ze niet effectief aan de bestuiving bijdragen. Er werd daarbij in trajec ten gelopen in de lengterichting van de boom rijen. Bijna altijd konden de insecten in het veld direct op naam worden gebracht en geturfd. In enkele gevallen was er wat twijfel over de soort en zijn wat dieren ter controle verzameld. 14

Tijdschriftenbank Zeeland

Landschapsbeheer Zeeland - de Boom in | 2017 | | pagina 16